Geen reden tot klagen

Kort na zijn aantreden als bestuurder van het Martini Ziekenhuis in Groningen interviewde ik Hans Feenstra voor Arts en Auto. Ik vroeg hem onder meer of hij nu ook zo’n hekel begon te krijgen aan de macht van de zorgverzekeraars. Een tongue in cheek-vraag natuurlijk, want Feenstra was kort daarvoor zelf nog bestuursvoorzitter van De Friesland Zorgverzekeraar. Afgaand op zijn deze week geopperde stelling dat het zorgstelsel het dictaat is van de zorgverzekeraars zou je verwachten dat zijn antwoord ‘ja’ zou zijn geweest. Feenstra heeft immers geen goed woord over voor de zorgverzekeraars. Hij roept politiek Den Haag zelfs op om in actie te komen tegen hun ‘oneindige macht’.

Opvallend genoeg beantwoordde Feenstra mijn vraag met ‘nee’. Dat was in mei 2009. De zorgverzekeraar en het ziekenhuis hebben dezelfde doelstelling, was zijn opvatting: zo goed mogelijke zorg voor de patiënt. “De macht van de zorgverzekeraars wordt vaak overdreven”, zei hij, “dat had ik in mijn vorige functie ook al door.” Interessant om even in de herinnering te roepen in het licht van zijn uitspraak van deze week.

Wat is er sinds die tijd veranderd? Het stelsel niet, dat was in 2006 al in werking getreden. En ook toen was al duidelijk dat de zorgverzekeraars een sterke regierol moesten krijgen. Wat wel veranderd is, is dat steeds meer kwaliteitsinformatie boven tafel begint te komen, op basis waarvan de zorgverzekeraars kunnen sturen. In het belang van die patiënt waarom het volgens Feenstra zowel de zorgverzekeraars als de ziekenhuizen te doen is. Feitelijk heeft hij dus niets te klagen. Het stelsel waarvan hij als zorgverzekeraar mede aan de basis heeft gestaan, begint steeds beter te werken.

Delen