Glijdende schaal

Onder druk wordt alles vloeibaar en verdwijnt ieder taboe. Wie de laatste jaren het woord ‘wachtlijsten’ in de mond durfde te nemen, kon rekenen op hoon en boze blikken. Het Centraal Planbureau gooit nu de knuppel in het hoenderhok door te stellen dat wachtlijsten een bruikbaar instrument kunnen zijn om de kostenontwikkeling in de zorg een halt toe te roepen.

Zoals altijd wanneer een taboeonderwerp op tafel wordt gelegd, zijn de reacties fel. Zo lees ik op Twitter: “Ik wed dat ik weet wie het eerst behandeld wordt als wachtlijsten een bezuinigingsmiddel worden: de goed geïnformeerde, hoog opgeleide patiënt” (Malou van Hintum). En: “Dan hoef je je ook niet druk te maken over een nieuwe heup voor een 85-jarige” (Wouke van Sterrenburg). Arnold Moerkamp noemt het pleidooi voor wachtlijsten opmerkelijk. “Ontkenning van verzekeringskarakter en politieke dynamiek”, schrijft hij.

Wie van de drie heeft gelijk? Allemaal een beetje natuurlijk. Moerkamp heeft beslist een punt, maar de vraag is of politiek Den Haag zich aan zijn standpunt zal storen. Natuurlijk is er al veel dynamiek in het stelsel om de kosten te drukken, maar als je er nóg een kunt inzetten zodat het sneller gaat, waarom zou je dat dan niet doen. Dat dan weer patiënten op wachtlijsten gaan overlijden, lijkt evident. En dat bepaalde bevolkingsgroepen heel goed in staat zullen zijn die lijsten te omzeilen eveneens. Ook zullen aanbieders zich gaan onderscheiden met ‘Bij ons kunt u zonder wachttijd terecht’.

Toch is de toon gezet. En ik voorspel dat het zal gaan zoals het altijd gaat. Bij de eerste die het taboe doorbreekt roepen we ‘schande’. Bij de tweede zeggen we verontwaardigd ‘begin jij nu ook al’. En bij de derde reageren we schouderophalend: ‘dat zegt iedereen tegenwoordig’.

Delen