Peugeot 2008

Decennialang was Peugeot een van de merken die succesvol waren met stationcars. Tot op zekere hoogte is dat voorbij. De compacte 207 was er nog in die vorm, aangeduid als SW. De 208 SW komt er niet. We moeten het doen met de 2008.   

Tekst: Bart van den Acker

Tijdens het testen van deze 2008 bekroop me aanvankelijk heel sterk het ‘wat moet ik hier nou mee?’-gevoel. Ik vind de 208 namelijk een heel prettige, compacte auto. De 2008 is dat ook, maar waarom zou iemand deze kiezen in plaats van die 208? Maar langzaamaan begon me te dagen dat de 2008 toch wel bestaansrecht heeft, náást de 208. En wel om drie redenen.

Prijs vanaf € 17.990,-  VvAA Lease vanaf € 384,64  Bijtelling 20%

Ten eerste omdat het hier, net als bij andere Peugeots met ‘00’ in de typeaanduiding, gaat om een extra ruim model. De 2008 is langer en hoger dan de 208. Daardoor bedraagt de bagageruimte minimaal 350 liter, maar ‘met alles plat’ wordt dat een indrukwekkende – bijna – 1200 liter. De bodem van de bagageruimte is voorzien van enkele ogen om bagage vast te zetten. Voor wie veel ruimte nodig heeft, is de 2008 een mogelijke oplossing.

Punt twee is de wat hogere zit, ook voorin. Sommige mensen, vooral ouderen, vinden dat prettig bij het in- en uitstappen. Ik behoor (nog) niet tot die groep, maar ik kan me er iets bij voorstellen.

Het derde bestaansrecht ontleent de 2008 aan zijn uiterlijk. Waar de 208 nog iets ‘aaibaars’ heeft, ziet de 2008 er stoer uit. Hij staat wat hoog op de wielen, heeft matzwarte en aluminium accenten, een optisch verhoogd dak met dakdragers en een stoere ‘wie doet me wat’-blik in de koplampen. Iets waar sommige autobezitters aan hechten.

Zelf hecht ik er meer waar-de aan dat de vrij unieke op-stelling van stuur en instrumenten al snel heel prettig aandoet. In de 2008 zie je de instrumenten niet dóór het stuur heen, ze zitten erboven. Na een dag weet je niet beter. Daarbij is het stuur opvallend klein en dat maakt de auto gevoelsmatig lekker wendbaar en handelbaar.

Peugeot is meester in de combinatie van veercomfort en wegligging en die expertise komt ook in de 2008 weer tot zijn recht. Deze auto rijdt gewoon heel erg fijn. Iets minder gecharmeerd ben ik van de nieuwe 1,2 liter driecilinder benzinemotor in de testauto. Die is gebouwd om in theorie zuinig te zijn. In de praktijk is hij vrij futloos, klinkt niet altijd aangenaam en het werkelijke verbruik ligt rond 1 op 15. Dat is niet spectaculair en in dit verband is het raar dat Peugeot zelfs op deze motor nog steeds geen stop-startsysteem levert. Als je ’m toch niet zakelijk rijdt, kies dan de 1.6.

Conclusie: wie erg veel waarde hecht aan een van de genoemde, specifieke eigenschappen van de 2008 zal het nieuwe model waarderen. Ik wijs als alternatief toch nog even naar de 208, die óók erg fijn rijdt en meer ‘value for money’ biedt.