Aan wie danken wij het vaccin?

Operationeel en strategisch onderpresteren in de EU

Eind januari 2021 liet de 77-jarige Nederlandse historicus prof. Maarten van Rossem weten dat zijn eventuele vroege dood door COVID-19 de schuld zou zijn van de minister en het ministerie van VWS, waarbij de nog altijd werkende professor wees op de gebrekkige vaccinatiestrategie in Nederland. Daar had hij wel een punt en bijna 2 maanden later scoort Nederland nog belabberd in termen van aantal vaccinaties per hoofd van de bevolking.

De focus van de Nederlanders en de Europeanen is nu vooral op de uitvoering van de vaccinaties en zij zien hoe de Europese landen behoorlijk achterlopen bij bijvoorbeeld Israël, de Verenigde Arabische Emiraten, het Verenigd Koninkrijk, Chili en de Verenigde Staten. De oplossing daarvoor lijkt simpel: schakel logistiek experts in en laat de organisatie van het vaccineren niet bij ambtenaren die daarvoor niet zijn toegerust. Maar er is nog veel meer te leren van het voorafgaande stadium: het ontwikkelen van het vaccin.

Laten we daarom eens kijken naar de strategische keuzes, met bijbehorende consequenties, die onze overheid maakte, opdat we leren van het verleden.

Als burgers van een land en als inwoners van de Europese Unie betalen we allerlei belastingen, onder andere voor onze bescherming. En al hoor ik wel veel begrijpelijk gemopper over de duur van de lockdown, de avondklok en de veel te langzaam op gang komende vaccinaties, is er weinig in het nieuws hoe we nu moeten leren ten behoeve van een goed strategisch beleid betreffende onze gezondheid. De Coronacrisis legt namelijk haarfijn bloot waar in het recente verleden gemaakte strategische keuzes toe leiden.

‘De Coronacrisis legt haarfijn bloot waar in het recente verleden gemaakte strategische keuzes toe leiden’

Toen begin 2020 de Coronacrisis in Europa begon te heersen, werd al snel duidelijk hoe hopeloos afhankelijk we hier zijn van landen buiten Europa, iets waar wij zelf schijnbaar vrede mee hebben. Alles is uitbesteed zodat de paracetamol goedkoper is dan een snoepje en drie maanden orale anticonceptie de prijs heeft van een dubbele espresso op een terras. We hadden geen enkele overcapaciteit op de intensive care. Er was een enorm tekort aan PPE (persoonlijke beschermingsuitrusting) voor gezondheidswerkers, maar het duurde lang voordat de met weinig inhoudelijke kennis bedeelde bestuurders op het idee kwamen om dat snel hier te gaan maken. In Nederland was een tekort aan beademingstoestellen, maar Nederland liep achteraan bij het bestellen van de juiste apparatuur, terwijl de minister, een medische leek, in de Tweede Kamer ging uitleggen dat je ook makkelijk meerdere patiënten tegelijk met één beademingsmachine kon beademen, quod non.

Ook was al snel helder dat we als maatschappij maar op drie manieren uit deze crisis zouden kunnen komen, gegeven het feit dat strakke maatregelen als in Azië hier niet haalbaar zijn: iedereen moet COVID-19 krijgen, iedereen moet gevaccineerd worden of een mengvorm daarvan. Heel logisch dus om strategisch in te zetten op het maken van een vaccin.

Maar daarvóór moet het vaccin eerst ontwikkeld worden. Al heel lang wordt er gewezen op het belang om snel een vaccin te kunnen ontwikkelen, met name als er een pandemie dreigt. De kennis daarvoor is in de universiteiten geboren, maar werd daar niet gewaardeerd of herkend, en daarom al heel snel uitgevent – meestal voor weinig geld – naar het bedrijfsleven.

Baanbrekend werk is verricht door de Leidse hoogleraar Van der Eb en het bedrijf Crucell. In Nederland was historisch veel kennis voor het maken van vaccins, ook de vaccinsectie van het RIVM was decennialang toonaangevend in de wereld. En terwijl vroeger wel gezien werd dat het maken van een vaccin een publieke taak was, was het zakelijk inzicht feitelijk afwezig, mede doordat de overheid niet investeerde in inhoudsdeskundigen op belangrijke bestuurlijke functies.

‘Het inzicht in het belang snel zelf een vaccin te kunnen maken, is niet doorgedrongen tot de Nederlandse overheid’

Door een gebrek aan inhoudelijke langetermijnvisie verkocht minister Ab Klink het Nederlands Vaccin Instituut (NVI) aan India voor 32 miljoen euro. Ook in latere instanties is het inzicht in het belang van het snel kunnen maken van een vaccin niet doorgedrongen tot de Nederlandse overheid, zoals blijkt uit een artikel in het Parool.

En hoe lastig het ook te zeggen is, dankzij (en ondanks) president Trump, met de Amerikaanse Operation Warp Speed, kon het COVID-19 vaccin zo snel ontwikkeld worden op basis van de aanwezige wetenschappelijke kennis. De Amerikaanse federale overheid investeerde al heel vroeg 14 miljard dollar in de ontwikkeling van een vaccin, waarbij overbodige bureaucratische hindernissen werden verwijderd. Een strategische investering op een moment dat nog niemand wist of het vaccin zou gaan werken, maar waarbinnen ook ruimte gegeven werd aan de nieuwe mRNA vaccins. De adviseur van president Trump, Fauci, heeft dat laatste gestimuleerd. Sommige commentatoren en insiders suggereerden zelfs dat het dankzij de op handen zijnde presidentsverkiezingen zo snel ging.

Van de nu zo bekende vaccins-makers ontvingen bijvoorbeeld Johnson & Johnson $1,5 miljard, Moderna $2,5 miljard, Astra-Zeneca & Oxford University $1,2 miljard voor ontwikkeling en latere levering van vaccins, respectievelijk 100 miljoen, 100 miljoen en 300 miljoen doses. Pfizer stelde zich iets anders op en maakte afspraken over $2 miljard voor de levering van 100 miljoen doses.

Deze visie en publiek-private samenwerking steken in schril contrast af tegen de aarzelende, weinig doortastende optredens van de EU-landen, die zich voornamelijk in latere instantie hebben beziggehouden met het onderhandelen over de prijs van het vaccin, ofschoon op een iets later moment BioNtech 100 miljoen euro investering ontving van de Europese Investment Bank en 375 miljoen euro van Duitsland. Maar de VS liepen duidelijk vooraan. Het is daarom dat het aantal geplaatste vaccins in de VS per hoofd van de bevolking momenteel veel hoger is dan in de EU, een vanzelfsprekende terugbetaling voor hun investering.

‘Het is geen toeval dat in een land als Israël een razendsnel vaccinatieprogramma tot stand is gekomen’

Het leiden van een land in crisis vraagt om andere kwaliteiten van de bestuurders, kwaliteiten die niet vanzelfsprekend aanwezig zijn bij bestuurders in relatief rustiger tijden. Het is geen toeval dat in een land als Israël een razendsnel vaccinatieprogramma tot stand is gekomen, een land dat in een min of meer permanente (dreigende) crisis leeft.

Schoorvoetend geeft de Europese Commissie nu toe dat er fouten zijn gemaakt bij het bestellen van de vaccins. Een understatement. En door deze gang van zaken worden sommige burgers, waaronder prof. Van Rossem, ongeduldig. Maar nog belangrijker om te onderkennen is het gebrek aan strategische visie op essentiële punten voor de beschermende taak van overheden, vooral voor de langere termijn.

Wat we hiervan kunnen leren, is het belang van een strategische langetermijnvisie, dat niet alleen de waan van de dag telt zodat een minister niet een zorgvuldig opgebouwd kennisinstituut verkoopt. Dat we niet altijd het goedkoopste moeten willen, niet alles uitbesteden, niet streven naar zo weinig mogelijk intensive care bedden en SEH’s en we bureaucratische hindernissen moeten durven aanpakken. In een crisis moeten (tevens) leiders ingezet worden met lef, gevoed en gesteund door inhoudelijke kennis. Het recente domino-effect besluit van veel EU-landen om het Astra-Zeneca vaccin tijdelijk on-hold te zetten waardoor alleen al in Nederland 180.000 vaccins niet geplaatst werden, is een kenmerkend voorbeeld van defensieve, wellicht wat bange, politici zonder voldoende inhoudelijke kennis. Werk aan de winkel.

Delen