Analogieën

Twee jaar geleden schreef ik bij het begin van de COVID-19 crisis ‘On est dans la merde’ en net nu ik denk dat we er zo ongeveer in ruime mate uit zijn, dient zich een nieuwe crisis aan. En dit keer niet een pseudo-oorlogssituatie door een virus, maar door echte mensen en staten. On est dans la merde jusqu’au cou, zou ik nu willen zeggen. Nog een tikkeltje meer, dieper dans la merde.

De COVID-19 crisis heb ik natuurlijk van zeer dichtbij meegemaakt en het speelt op een vakgebied dat mijn typisch kennisdomein is. Dat maakte dat ik me een hoedje geschrokken ben van het gebrek aan inhoudelijke kennis bij o.a. het ministerie van VWS en veel bepalers, terwijl die kennis eigenlijk onontbeerlijk is in tijden van crisis. Die wetenschap maakt me nu extra nerveus wanneer ik naar de huidige crisis kijk en de vraag zich opdringt of het mutatis mutandis niet exact hetzelfde is. Mijn stellige indruk is dat het exact hetzelfde is en je schrikt van de analogieën.

‘Nieuwe crisis toont verdacht veel overeenkomsten met de vorige’

Voor allerlei functies in onze maatschappij moet je aantoonbaar aan kwalificaties voldoen. Je mag niet zomaar als advocaat werken, of als arts, of als rechter, of als leraar. Nee, je moet aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen in termen van succesvol gevolgde opleiding. Voor medisch specialisten zijn allerlei competenties en tegenwoordig EPA’s (entrustable professional activities) gedefinieerd die moeten worden behaald. Ook om bijvoorbeeld bakker te worden met een eigen zaak, moet je een gedegen opleiding volgen. En ook voor automonteurs wil je als klant natuurlijk dat ze een gedegen opleiding op hun vakgebied hebben, of architecten, of huizenbouwers.

We willen altijd dat er vakmensen op de juiste plaats zitten als ze verantwoordelijke posities innemen. Altijd? Nee, niet altijd. Er is één gilde en metier waar dat niet geldt: politiek bestuurders, zelfs op het hoogste niveau. Zo kan het gebeuren dat een bestuurskundige die het verschil niet weet tussen stikstof en kooldioxide is aangesteld als minister voor klimaat en energie, een meester in de rechten met extra MBA-opleiding maar nul diplomatieke achtergrond als minister van buitenlandse zaken en een historica met nul achtergrond in het leger als minister van defensie.

‘Opnieuw bestaat de indruk dat de leiders onvoldoende luisteren naar de deskundigen’

In rustige vredige tijden waar alles langzaam kan en ook veel vanzelf goed gaat, kan dat waarschijnlijk niet direct veel kwaad. Maar in tijden van crisis is het desastreus. We praten hierover op het werk en één van onze stafleden heeft uitgebreide ervaring in het militaire bedrijf en wij zagen de analogieën onmiddellijk van de onprofessionele aanpak en braafpraterij.

Opnieuw bestaat de indruk dat de leiders onvoldoende luisteren naar de deskundigen, die wat betreft het leger zeker voorhanden zijn. De kleuterachtige manier waarop de minister van defensie een desastreuse tweet van het ministerie van Defensie retweet, doet het ergste vrezen. Je zou toch verwachten dat de minister zich zou laten leiden door de strategische expertise van de hogere militaire leiding en de MIVD en niet allerlei strategische zetten op straat zou gooien. En deze analogie kunnen we zo doortrekken naar de EU waar men in de war is en de NAVO en EU met elkaar verwart.

Van onze leiders verwacht ik dat ze gegeven de situatie het best mogelijke resultaat boeken in termen van vrede en veiligheid voor de burgers in onze regio in de eerste plaats en daarnaast de rest van de wereld. En niet dat ze ons in een oorlogssituatie brengen door amateurisme, braafpraterij en emoties.

Delen