Artsenfamilie in Afrika

Medische families – bij wie de kinderen in de voetsporen van hun ouders treden – zijn er genoeg. Maar het verhaal van de familie Borgstein in Malawi is wel heel bijzonder. Zes van de zeven broers zijn net als hun vader en moeder arts geworden.

Tekst: Martijn Reinink | Beeld: Privé

Als Jan Borgstein in 1960 zijn opleiding tot chirurg heeft afgerond, maakt hij een afspraak met de ondersecretaris voor koloniale aangelegenheden in Londen. De chirurg wil met zijn vrouw, arts Ankie Borgstein-van Wijk, en kinderen naar Afrika. “Ze wilden in de derde wereld werken”, vertelt oudste zoon Hans Borgstein. “Al speelde de oorlog, de angst dat de Duitsers weer zouden binnenvallen, ook mee bij die beslissing.” Tijdens de Tweede Wereldoorlog studeert zijn moeder geneeskunde; de colleges vinden plaats in het geheim, de examens legt ze af bij de professor thuis. In de tussentijd werkt ze voor het verzet. Ze pendelt briefjes, verstopt in haar fietszadel. 

Jan Borgstein kan als chirurg aan de slag in het Queen Elizabeth Central Hospital (QECH) in Blantyre, gelegen in het Brits protectoraat Nyasaland. Waar dat precies ligt, weet hij aanvankelijk niet, maar het artsenechtpaar gaat ervoor. Met hun zes zoons, inboedel en Citroën DS Break varen ze mee op een vrachtschip naar Kaapstad. “Voor ons als kinderen een geweldig avontuur”, herinnert Hans zich. “Toen we de evenaar bereikten en het erg warm werd, maakte de bemanning een zwembad aan boord van een grote bakskist.” Na twaalf dagen varen en een autoreis door zuidelijk Afrika bereiken ze Nyasaland. Enkele maanden daarna wordt de zevende en laatste zoon geboren.

Onafhankelijk

Wanneer Nyasaland in 1964 als Malawi onafhankelijk wordt verklaard, verlaten de aanwezige Britse artsen het land, uit angst voor geweld. Jan en Ankie Borgstein besluiten te blijven om het ziekenhuis draaiende te houden. Jan neemt naast de chirurgische afdeling ook waar voor verloskunde en gynaecologie, terwijl Ankie zorg draagt voor de afdeling interne, waar ook zieke kinderen met hun moeders worden opgenomen, omdat een kinderafdeling niet bestaat. Nadat Ankie in Londen de benodigde kwalificaties heeft gehaald en ze zich officieel kinderarts mag noemen, richt ze in het QECH een afdeling kindergeneeskunde op. De eerste zaal is een aangepaste parkeergarage voor ambulances, want daar zit tenminste een dak op. 

Het gezin Borgstein voelt zich snel thuis in Afrika. De kinderen gaan naar een Engelse basis- en middelbare school en helpen thuis met van alles. “Van groenten en fruit verbouwen tot de auto repareren”, zegt Hans die al op jonge leeftijd zijn opwachting in het ziekenhuis maakt. “Ik was een jaar of veertien toen ik mijn vader in het weekend assisteerde bij operaties.” 

Ankie zorgt ervoor dat ze thuis is als de kinderen uit school komen. Als ze ’s avonds op bed liggen, loopt zij terug naar het ziekenhuis om spoedpatiënten te zien en eten te brengen naar haar echtgenoot, die na de onafhankelijkheid als enige chirurg in het land, vaak tot diep in de nacht staat te opereren. Geleidelijk worden de specialistische functies weer ingevuld door artsen uit Nederland en Israël.

Per zeepost 

Na de middelbare school vertrekken de kinderen een voor een naar Nederland om in Groningen medicijnen te gaan studeren. “Ik was niet meer gewend aan kou”, weet Hans nog goed. “De Nederlandse taal was ook wennen; we spraken bijna alleen maar Engels in Malawi. En ik had in Nederland natuurlijk geen sociale contacten. Daar kwam nog bij dat mijn toelatingsbrief per zeepost ging en pas in september aankwam, waardoor ik de introductie miste.”

V.l.n.r. Hans Borgstein (kno-arts, Tergooi ziekenhuis, Blaricum), Eric Borgstein (kinderchirurg, QECH, Blantyre, Malawi), Rudolf Borgstein (radioloog, North Middlesex Hospital, Londen, Engeland), Berend Jan Borgstein (radioloog, Spaarne Gasthuis Haarlem) Paul Borgstein (chirurg, OLVG, Amsterdam), Niels Borgstein (vice president, head of clinical development, Ironwood Pharmaceuticals, Boston, VS), Hugo Borgstein (manager ICT Zorggroep Alliade, Heerenveen)

Voor zijn eerste wetenschappelijke onderzoek keert Hans terug naar Malawi en later, voor zijn specialisatie als tropenarts, opnieuw. Beide keren werkt hij samen met zijn vader. “Hij was een uitstekend chirurg. Hij deed alles: van plastische tot neurochirurgie. Voor onze beide ouders geldt dat zij sterk op de ethiek waren gericht; ze stonden voor echt goede patiëntenzorg.”

Soortgelijke woorden spreekt zoon en kinderchirurg Eric Borgstein. “In Malawi houden veel mensen zich bezig met public health, maar onze ouders probeerden het verschil te maken voor de individuele patiënt. Onze moeder heeft me geleerd dat je nooit te veel kunt doen.” Eric is de enige zoon die nog in Malawi woont, waar hij het werk van zijn ouders voortzet. Via FaceTime vertelt hij over de kinder-ic die heeft opgezet in het QECH en over de nieuwe ok’s, die met financiële steun van zangeres Madonna tot stand zijn gekomen. “We doen nu 1.700 operaties per jaar en zijn druk bezig om Malawische kinderchirurgen op te leiden.” 

Zelfvoorzienend

Vader Jan Borgstein overlijdt op 52-jarige leeftijd. Ankie is totaal verslagen en stort zich volledig op haar werk. Onder haar bewind groeit de kinderafdeling uit tot een van de beste afdelingen van het ziekenhuis. Met de jaren legt ze zich steeds meer toe op supervisie, lesgeven en opleiden. Al blijft ze tot op haar oude dag patiënten zien. Elke avond komen er tien tot dertig zieke kinderen uit omliggende dorpen naar haar huis. Het huis, een kleine boerderij, is grotendeels zelfvoorzienend, met onder meer een zonneboiler en een op hout gestookt fornuis. Eric Borgstein woont er nu en zet ook die lijn voort. “Er wonen meer mensen in Malawi dan het land kan dragen. We proberen met de boerderij een voorbeeld te zijn en te laten zien dat je ook zo kunt bestaan.”

Ankie Borgstein gaat pas op haar 87e met pensioen. In 2018 overlijdt ze, enkele maanden na haar 93e verjaardag. Voor haar werk heeft ze meerdere hoge onderscheidingen gekregen, en een vleugel van de kinderafdeling van het ziekenhuis in Blantyre is naar haar vernoemd: de Ankie Borgstein Ward. Inmiddels zijn drie van haar kleinkinderen hard op weg om ook arts te worden.

Delen