Beroep onder de loep – physician assistant

Aafke Verhoeven (34) uit Nieuwegein heeft haar sporen verdiend in de gezondheidszorg; als verpleegkundige, in de spoedzorg op festivals en als anesthesiemedewerker. Deze maand rondt ze in het Radboudumc in Nijmegen haar opleiding tot physician assistant (PA) af.

Tekst: Andrea Linschoten  Beeld De Beeldredaktie/Flip Franssen

 

Verhoeven werkt op de afdeling anesthesiologie en pijngeneeskunde. “Ik wilde me verder ontwikkelen, maar ook in de directe patiëntenzorg blijven. Destijds heb ik getwijfeld over geneeskunde. Het leuke van het vak PA vind ik dat je je verder kunt verdiepen in de medische hoek, maar met behoud van patiëntcontact.

Als anesthesiemedewerker werkte ik altijd in de verlengde-armconstructie onder supervisie van de anesthesioloog. Als PA heb ik een zelfstandige bevoegdheid om binnen afgesproken kaders te werken. Er is altijd een supervisor op afstand voor overleg of wanneer ik hulp nodig heb. Mijn werkzaamheden bestaan uit het geven van procedurele sedatie bij kleine ingrepen of vervelende onderzoeken. Ook ben ik verantwoordelijk voor de screening van patiënten op de preoperatieve polikliniek. Het verzorgen van onderwijs en onderzoek behoort ook tot mijn takenpakket. De ontwikkeling van het vak PA biedt veel mogelijkheden tot persoonlijke ontwikkeling.

Als PA ben je de stabiele factor op de afdeling

We werken nauw samen met verpleegkundigen, specialisten en paramedici. Je schakelt de hele tijd tussen de disciplines en komt op veel verschillende afdelingen. Het beroep van PA begint steeds bekender te worden. We werken prettig samen met de andere beroepsgroepen.

Het vak van PA past bij mensen die een uitdaging zoeken, die durven te pionieren en zich willen blijven ontwikkelen. Je wordt breed medisch opgeleid en hebt een belangrijke positie in de gezondheidszorg. Als PA ben je de stabiele factor op de afdeling. Dit zorgt voor continuïteit en een toename van tevredenheid bij zowel patiënten als collega’s. Het vak is mijns inziens echt van toegevoegde waarde voor de gezondheidszorg.”

 

 

Delen