Breder kijken

De behoefte aan méér dierenartsen is groot. Zo groot, dat zowel praktijken als overheid tegen enorme problemen aanlopen. Minister Schouten heeft onlangs een voorstel aangeboden aan de Tweede Kamer om verruiming van de numerus fixus aan de faculteit Diergeneeskunde te onderzoeken. Het duurt dan nog wel even voordat we gebruik kunnen maken van deze nieuwe dierenartsen, maar dan is een oplossing in de maak. Of toch niet helemaal?

Nee dus. Want hoewel het verruimen van de numerus fixus meer enthousiaste jongeren in staat stelt de populaire studie te doen, is het een valkuil om te denken dat daarmee het probleem verdwijnt. 

We moeten breder kijken. We hebben niet alleen nieuwe instroom nodig, maar ook doorstroom. Bijvoorbeeld om tekorten te verkleinen onder specialisten in de tweede- of derdelijnskliniek. Of onder de toezichthouders die werken bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Belangrijk is dat er aandacht komt voor de precieze vakgebieden waar tekorten zijn of dreigen. 

‘Enkel verruiming numerus fixus lost probleem niet op’

En er speelt nog iets anders. Heel veel jonge dierenartsen stoppen binnen vijf jaar na hun afstuderen. Waarom is er zoveel uitval? Hoe kunnen we deze jonge collega’s behouden? Hiervoor moet veel meer aandacht komen. 

Ik zou mevrouw Schouten dan ook willen vragen om verder te denken dan een hogere instroom van studenten. Help mee om te laten zien hoe gevarieerd, maar vooral ook hoe belangrijk het werk is als dierenarts in de eerstelijnspraktijk, als specialist en als toezichthoudend dierenarts. Organiseer genoeg opleidingen om te specialiseren. En: zet alle zeilen bij om de uitstroom te beperken. 

De Nederlandse dierenzorg is van hoog niveau. We kunnen tekorten aanvullen door de ogen op het buitenland te richten. Maar liever lossen we dit probleem zelf op. Met hulp van de minister. 

Delen