Colorado Plateau

Reisjournalist Gijs Hardeman verkende per auto en te voet de onbekendere parken en canyons van het Colorado Plateau. En kwam laaiend enthousiast terug.

Tekst en beeld: Gijs Hardeman

Wanneer we met onze huurauto natuurpark Colorado National Monument binnenrijden, zien we meteen onze eerste Amerikaanse canyon van deze roadtrip. Niet zo bekend weliswaar als de Grand Canyon, maar wel degelijk een ‘échte’ canyon.

Samen met mijn reisgenoot Frank ben ik op zoek naar de minder bekende, maar niet minder interessante natural wonders van het Colorado Plateau, een hooggelegen gebied in het zuidwesten van de Verenigde Staten dat meer dan driehonderdduizend vierkante kilometer (dat is zeven keer Nederland!) aan canyons en woestenij omvat in de staten Colorado, Utah, Arizona en New Mexico.

Klik op de afbeelding om meer foto’s te zien

Terwijl toeristen bij beroemde trekpleisters als de Grand Canyon, Bryce Canyon en Arches ook in de vroege herfst nog bijna letterlijk over elkaar heen struikelen, stippelen wij een route uit langs veel rustiger (en minstens zo mooie) canyons. Met onderweg legio mogelijkheden voor mooie hikes en bezoeken aan interessante mijnwerkersdorpjes en plaatsen waar ooit Amerika’s oorspronkelijke bewoners leefden. 

Waaghalzerij 

Wanneer we belanden bij een uitzichtpunt op Independance Monument – een steile en smalle rots van honderdveertig meter hoog in het midden van een verder uitgesleten vallei – spotten we opeens twee klimmers. Zien we dat nou goed? Ze klauteren omhoog naar de platte top van de rots. Hoewel ik toch wel wat gewend ben als het gaat om avontuurlijke reizen, gaat zelfs mijn hart sneller kloppen van deze waaghalzerij. Later leren we dat honderden klimmers jaarlijks op Independance Day hetzelfde waagstuk ondernemen ter ere van John Otto, die op 4 juli 1911 als eerste deze rots beklom en er de Amerikaanse vlag plantte. Het is zoals de Amerikaan zijn of haar natuurgebieden het liefst ziet: als playground voor klimmers, bikers, roadtrippers, campers of hikers. Ook al rijden wij nu in de auto, we rekenen onszelf wel degelijk tot de laatste groep. Onze huurauto dient deze reis vooral als middel om van hike naar hike te trekken; aangekomen op de plaats van bestemming gaan we te voet verder.

Zo maken we onder meer een wandeling door de Dominguez Canyon, naar de felrode Newspaper Rock. Deze werd door de Pueblo Indians ooit volgekrast met afbeeldingen van dieren en mensen. Onderweg zien we een rots die sprekend lijkt op de huidige president van Amerika. Of de geesten van de Native Americans daar blij mee zijn, daar hebben we zo onze twijfels over. De grootste tafelberg ter wereld in de goudgele bossen van de Grand Mesa staat helemaal vol met ratelpopulieren die prachtig kleuren in de herfst. “Wat hebben wij geluk dat we hier in deze tijd van het jaar zijn”, jubelt reisgenoot Frank. Ja, zo overweldigend zijn de natuurlijke kleurpaletten. 

Meer naar het zuiden speelt goud ook een hoofdrol wanneer we tal van kleine, oude mijnwerkersdorpjes passeren, waaronder Ouray, lang geleden ontstaan tijdens de gold rush en nu levensvatbaar dankzij toeristen. Het bergstadje heeft zichzelf tot ‘het Zwitserland van Amerika’ uitgeroepen. Niet eens vanwege het vele goud dat hier verstopt zat, maar vooral vanwege de ligging tussen de bergen. Het goud (en zilver) is hier al jaren geleden uit de grond gehakt maar er zijn nog steeds verschillende mijnen te bezichtigen. We wandelen vanaf de Yankee Girl Mine naar boven en passeren een oude, ingestorte mijn. We hebben het gevoel dat we op een filmset uit het wilde westen zijn beland. 

Zoals de mijnwerkers uit Ouray verdwenen, zo verdwenen iets verderop de oude Pueblo’s uit Mesa Verde. Zij stichtten vanaf circa 500 na Christus hun thuis onder overhangende rotsen en bouwden hier zogenaamde kiva’s (gemeenschapsruimtes) en pithouses. Cliff Palace was met zo’n honderddertig pithouses en acht kiva’s het grootste in de rotsen gebouwde dorp. Nog steeds is niet helemaal duidelijk waarom deze inheemse bevolking rond 1600 verdween. Droogte? Hongersnood? De verlaten stad biedt een indrukwekkende aanblik. “Oude wijze stamleden wisten dat ze hier weg moesten om te kunnen overleven. Ze hebben zich uiteindelijk verspreid over 21 tribes in New Mexico, Arizona en Alabama”, vertelt afstammeling en Mesa Verde-ranger Thelma Atsye.

Ennio Morricone

Van Mesa Verde tot Goosenecks State Park meandert onze route via onder meer een bergpas en een groot meer. We fluiten de muziek van Ennio Morricone en zien in onze fantasie cowboys op paarden door het landschap stuiven. Het rood van de rotsen in Goosenecks verandert door de regen in het donker van Dyke Brown. 

Vanaf een parkeerplaats boven de San Juan River bekijken we ‘ganzennekken’: schiereilanden die sinds het ontstaan van het Colorado Plateau, tachtig miljoen jaar geleden, door de rivier in het landschap werden geslepen. Het is work in progress. Ooit zal het smalle gedeelte van de ‘nek’ doorbreken en natuurlijke bruggen vormen. Dat gaan wij niet meer meemaken en dus genieten we van dit moment.

De National Parks (www.nps.gov) zijn erg goed georganiseerd, met zeer behulpzame rangers en overal Visitors Centres waar u o.a. terechtkunt voor (wandel)routes. Bezoekt u meerdere parken dan is een jaarkaart (circa 80 dollar) aan te raden, de toegangsprijs per park ligt tussen de 5 en 25 dollar per auto. Houdt u vroeg en laat in het seizoen wel rekening met mogelijke sneeuwval (en evt. gesloten passen). De auteur van dit verhaal vloog met Icelandair naar/van Denver. Voordeel: stopover-mogelijkheid op IJsland. Wandelreizen door Utah en Colorado worden aangeboden door SNP reizen (zie ook kader linksonder). Informatieve websites: www.colorado.com en www.visitutah.com. De plaatsen die de auteur aandeed, hebben vaak ook een eigen website, te vinden via Google.

De National Parks (www.nps.gov) zijn erg goed georganiseerd, met zeer behulpzame rangers en overal Visitors Centres waar u o.a. terechtkunt voor (wandel)routes. Bezoekt u meerdere parken dan is een jaarkaart (circa 80 dollar) aan te raden, de toegangsprijs per park ligt tussen de 5 en 25 dollar per auto. Houdt u vroeg en laat in het seizoen wel rekening met mogelijke sneeuwval (en evt. gesloten passen). De auteur van dit verhaal vloog met Icelandair naar/van Denver. Voordeel: stopover-mogelijkheid op IJsland. Wandelreizen door Utah en Colorado worden aangeboden door SNP reizen (zie ook kader linksonder). Informatieve websites: www.colorado.com en www.visitutah.com. De plaatsen die de auteur aandeed, hebben vaak ook een eigen website, te vinden via Google.

Lezersvoordeel

SNP Reizen biedt ook in 2020 weer een 19-daagse avontuurlijke, individuele wandelvakantie Colorado en Utah aan, met onderweg verblijf in (vooraf gereserveerde) lodges en hotels. De route voert onder meer langs de in het verhaal beschreven, minder platgetreden paden. Indicatieprijs: vanaf € 2.275,- p.p. (incl. o.a. accommodaties en huurauto, exclusief vliegreis). Bij boeking van deze reis (met reiscode 244303) vóór 1 maart 2020, ontvangt u als Arts en Auto-lezer € 75,- korting per persoon.Voor uitgebreide van-dag-tot-dag info en boekingen: snp.nl/verenigde-staten.

Delen