De achterliggende vraag
Chirurgen van het Slingeland Ziekenhuis in Doetinchem waarschuwen in Medisch Contact dat de nieuwe volumenormen van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde tot meer vermijdbare sterfte bij spoedgevallen zullen leiden. Als voorbeeld noemen ze het geval van een acute patiënt met een heftig bloedende linkerlong, die niet in dat ziekenhuis mag worden verwijderd omdat het daarvoor niet aan de volumenorm voldoet.
Toont dit voorbeeld het gelijk van de Doetinchemse chirurgen aan, of laat het zien dat de discussie over de volumenorm voor medisch-specialistische verrichtingen in samenhang met de discussie over de spoedeisende zorg moet worden gevoerd? Ik denk het laatste.
Afgelopen dinsdag, tijdens een relatiebijeenkomst van Zorgverzekeraars Nederland, maakte voorzitter Hans Wiegel duidelijk dat de overcapaciteit aan afdelingen spoedeisende hulp zich naar zijn idee niet tot de Randstad beperkt. In de verstedelijkte gebieden daarbuiten speelt het probleem ook, zei hij. Op basis van die observatie kun je je afvragen of de Doetinchemse chirurgen voor hun stellingname het juiste uitgangspunt hebben gehanteerd. Moet de vraag zijn of een ziekenhuis dat wel een SEH heeft maar geen longen mag verwijderen de patiënt alsnog per ambulance naar een ander ziekenhuis moet sturen? Of moet de vraag zijn of een ziekenhuis dat geen long mag verwijderen nog wel een afdeling SEH mag hebben? Maar ik begrijp heel goed waarom de chirurgen die laatste vraag nog liever even niet aan de orde stelden.