De leider in het veld

Zeggen dat je als aanbieder in de langdurige zorg gaat werken met zelfsturende teams. En dan daarbij een boekwerkje uitbrengen dat bedoeld is om aan bestuurders en managers uit te leggen wat het betekent om met zelfsturende teams te werken. Dan klopt er iets niet, stelde organisatiedeskundige Jaap Peters (DeLimes) eerder deze week tijdens de beurs die In voor zorg! hield om stil te staan bij haar vijfjarig bestaan.

Feitelijk kan zo’n boekje heel dun zijn. De centrale boodschap is immers: laat los en geef het ruimte. Dat in de langdurige zorg zelfsturende teams ontstaan, is logisch. Kwetsbare mensen zullen minder vaak in een intramurale setting terechtkomen. De – van oudsher intramuraal georiënteerde – zorgaanbieders in de langdurige zorg moeten dus de deur uit en de wijk in als ze relevant willen blijven als zorgaanbieders. En het zijn dan de zorgprofessionals die in die wijk het werk moeten doen, niet hun bestuurders en managers. Dit betekent, waarschuwde Peters, dat de mensen in het veld degenen zijn die de organisatie moeten aansturen. De achterliggende organisatie moet volgen, niet leiden. “De hiërarchie gaat definitief op de schop”, zei hij. “Wie dat niet doorheeft, zet zichzelf buitenspel.”

Het is een interessante gedachte: over vijf jaar zijn er alleen nog maar aanbieders in de langdurige zorg waarvan de leidinggevenden in het veld werken. Het is geen slechte zaak als de huidige bestuurders en managers nu alvast kritisch naar hun reflectie in de spiegel kijken en zichzelf de vraag stellen: ‘Heb ik daar dan nog een functie?’

Delen