Die nacht sliep ik weer ergens anders
Wanneer begin je aan kinderen? Voor, tijdens of na je opleiding? Alsof een zwangerschap vandaag-besteld-morgen-in-huis is. Future Surgeons deelde op LinkedIn een studie over familieplanning bij medisch studenten en de invloed van hun keuze op hun specialisatie. Het betreft een Canadese studie, maar ook in Nederland gaat geen workshop voorbij of familieplanning en werk-privébalans komen ter sprake.
Voor sommigen is het misschien een overkill, maar het zijn juist deze onderwerpen die aan de basis liggen van de vakgroep discussie en onvrede. Dus voor de goede orde: bespreken is beter dan zwijgen.
Ik probeer mijn eigen kleine positieve steentje bij te dragen en heb het er tijdens mijn lessen aan artsen in spe regelmatig over, vaak vanuit eigen ervaringen en anekdotes. Ik wil vooral laten horen dat zwangerschap, kinderen, privé, hobby’s en ‘het andere leven’ ook kunnen bestaan naast een carrière, al vergt het enig organisatietalent en flexibiliteit. En soms lukt het even niet.
De introductieles voor co-assistenten start ik laagdrempelig met een alles-vragen-staat-vrij-rondje. De uiteenlopende vragen gaan van lunchpauzes tot nachtdienst hebben of van zwangerschap tot afschakelen na werk. Laatst ging het over diensten. Hoe doen artsen dat en wat houdt dat dan in? Alsof er één werkbare vorm is, not.
Met compensatie na de dienst kon ik doordeweeks ook eens de schoolpoortmoeder uithangen
Die dienstvraag wierp me terug in de tijd, ongeveer acht jaar geleden. Na de nachtdienst sloot ik aan bij de ochtendoverdracht inclusief. De kinderen werden dan door het thuisfront naar de BSO en school gebracht. Dienst hebben was zeker niet mijn favoriete werkonderdeel, maar één voordeel: met compensatie na de dienst kon ik doordeweeks ook eens overdag thuis zijn en de schoolpoortmoeder uithangen. Dat zorgt voor variatie in het weekschema en tijd om overdag leuke dingen te doen. Die dag dus ook, vrij na dienst en wachtend aan de schoolpoort.
Dochterlief kwam aan de hand van de juf naar buiten. Juf keek me ernstig aan en vroeg of alles in orde was. ‘Ja hoor,’ lachte ik en samen huppelde ik met de dochter het schoolplein af. Pas in de auto vroeg ik me af waarom ze me dat zo bezorgd gevraagd had. Was er iets gebeurd? Een week later vroeg ik de juf waarom ze die bewuste vraag gesteld had. Was er een probleem met de kinderen?
Verlegen naar de grond starend zei ze: ik wil me nergens mee bemoeien, maar je dochter heeft tijdens de gesprekjes in de kring verteld dat haar mama die nacht niet thuis had geslapen… Dus de juf was bezorgd over de thuissituatie. ‘Oh, is dat alles?’ grinnikte ik. Doodserieus bevestigde ik dat ik inderdaad niet thuis had geslapen, om vervolgens te eindigen met: ‘maar dat doe ik nooit, want als ik dienst heb slaap ik in het ziekenhuis’.
Familieplanning, dienst, werkdruk, ziekte lastige collega’s, er is altijd wel iets dat speelt. ‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’ zegt het spreekwoord, maar daar klopt niks van. Spreken, bespreken, erover praten, dat is volgens mij het echte goud!