Een meneer zonder buik

Wat een lumineus idee om in de donkerste maand van het jaar de geboorte van Jezus te vieren. Jammer dat velen niet meer in hem geloven, maar daarmee is de pret niet af. Het is ook een mooi moment om stil te staan bij de wonderlijke geboorte van een andere ster en dan heb ik het over een meneer zonder buik! Slechts een deel van wereldbevolking herdenkt de geboorte van de man die 33 jaar later aan het kruis zou sterven. Maar de geboorte van de meneer zonder buik verenigt ons állen. Want ooit hebben wij allemaal deze wonderlijke mensfiguur zien verschijnen. Ook u die dit leest. Ik denk dat u net als ik tussen de drie en vier jaar was toen u hem tekende: de koppoter!

Koppoters van een meisje van 3 jaar en 5 maanden.

Koppoters van een meisje van 3 jaar en 5 maanden.

Voordat ik voor de huisartsgeneeskunde koos, werkte ik in Arnhem samen met de onvolprezen wijkverpleegkundige Ida op een consultatiebureau. Ida deed in mijn ogen het rotwerk: kinderen prikken en de administratieve rompslomp. Ik mocht de ontwikkeling van baby’s en peutertjes volgen en vastleggen. En er was zo veel tijd, dat ik volop kon genieten van deze fantastische, gave schepseltjes: hoe klein deze ook waren, alles aan hen was verrassend compleet en functioneerde met een wonderlijke precisie die mij keer op keer versteld liet staan. Ik zag elk kind vanaf kort na de geboorte tot het stadium waarin de peuter bijna of net al een mensje op papier kon toveren.

De koppoter heeft mij nooit meer losgelaten en fascineert mij nog vrijwel elke dag. Hoe komt het dat alle kinderen ter wereld die een normale ontwikkeling doormaken deze meneer met louter een hoofd en benen tekenen? Maar dezelfde figuur komt ook voor bij makers van rots- en grottekeningen, primitieve volkeren, mensen met een verstandelijke beperking, psychiatrische patiënten, Jheronimus Bosch en tijdgenoten, en bij kunstenaars als Paul Klee, Antonio Saura, Horst Antes, Corneille en andere leden van de Cobra. Designers en reclamemakers maken eveneens goede sier met koppoters; soms figureren ze zelfs in advertenties voor medicamenten. Jongeren treffen vooral koppoters – vaak als monsters – in strips en games.

Vier koppoters uit L'Arte dei Bambini van Corrado Ricci (5de druk 1919)

Vier koppoters uit L’Arte dei Bambini van Corrado Ricci (5de druk 1919)

De geboorte van de koppoter als eerste mensfiguur in kindertekeningen leidt ons aldus via een mysterieus netwerk in álle richtingen en terug naar álle tijden. Wie goed kijkt, komt wel een paar keer per week koppoters tegen. En wat is het verleidelijk om op zoek te gaan naar de achtergrond hiervan. Met mijn collectie boeken waarin op de een of andere wijze koppoters voorkomen, kan inmiddels een hele kamerwand worden gevuld, terwijl koppoters zelf een andere wand in beslag kunnen nemen. Koppoters zijn herleid tot zowel God als de duivel.

Terug naar de kindertekening: pedagogen, psychologen, kunstenaars maar ook archeologen, theologen en artsen kwamen met de wildste verklaringen waarom peutertjes mensen met louter een hoofd en benen tekenen. Het raadsel is – vermoed ik – inmiddels opgelost. De taal heeft ons misleid! Het woord ‘koppoter’ heeft ons op het verkeerde been gezet. Denkt u werkelijk dat kinderen die een normale ontwikkeling doormaken zo gek zijn om een meneer zonder buik te tekenen? Datgene wat in het woord ‘koppoter’ als ‘kop’ wordt aangeduid is namelijk zowel hoofd als romp en buik.

Maar hoe ontnuchterend de waarheid ook mag zijn, dit doet niets af aan het wonder dat een kind drie tot vier jaar na zijn geboorte zelf een mensje op papier zet. Wat mij betreft mag men hier ook de rest van het jaar bij stilstaan.

Delen