Erfgenaam

Stelt u zich eens voor dat het testament dat u rechtsgeldig heeft laten opstellen wordt aangevochten en zó door een rechter wordt uitgelegd, dat wat u duidelijk heeft bepaald volledig terzijde wordt gesteld. Onmogelijk zegt u? Dat zou je inderdaad denken. Toch heeft de rechter onlangs zo geoordeeld.

Loes, een net gescheiden kinderloze dame van veertig jaar, maakt een testament waarin zij haar broer Lucas benoemt tot enig erfgenaam. De voornaamste beweegreden hiervoor is dat ze al jaren in onmin leeft met haar ouders; Loes wil voorkomen dat zij op grond van het wettelijk erfrecht van haar zullen erven.

Een aantal jaren na het opstellen van het testament treedt Loes opnieuw in het huwelijk. Ze trouwt in gemeenschap van goederen en het huwelijk is goed. Aan het testament wordt niet meer gedacht. Loes komt te overlijden. Haar nalatenschap, die bestaat uit de helft van het gemeenschappelijke vermogen, gaat naar haar enige erfgenaam Lucas. Haar echtgenoot Mark vecht de erfenis van Lucas aan.

De rechtbank stelt Mark in eerste aanleg in het gelijk, met als reden dat Loes aannemelijkerwijs onvoldoende heeft beseft dat een huwelijk in gemeenschap van goederen niet automatisch met zich meebrengt dat een echtgenoot erfgenaam wordt, noch dat het testament komt te vervallen. Het Hof oordeelt in hoger beroep ook dat aan de benoeming van Lucas tot erfgenaam hoofdzakelijk het voorkomen van het erven door de ouders ten grondslag lag, niet zozeer de wens tot bevoordeling van Lucas. Nu de omstandigheden in de jaren na het opstellen van het testament fundamenteel zijn gewijzigd en het doel dat Loes voor ogen had niet meer bestaat – de ouders zijn al jaren eerder overleden – oordeelt het Hof dat niet Lucas, maar Mark enig erfgenaam is van Loes.

Wilt u voorkomen dat zelfs uw laatste wil geen wet meer is? Herzie uw testament dan minimaal eens per
vijf jaar.

Delen