Gat in aandacht

Het vaktijdschrift Nursing zet op zijn website een aantal feiten en fabels op een rij over mondzorg aan ouderen. Geen overbodige luxe, want medewerkers in de ouderenzorg weten inderdaad lang niet altijd hoe zij het best het gebit kunnen poetsen van een cliënt die dit niet meer zelf kan, of hoe ze een kunstgebit dienen te reinigen.

Welkome kennis dus. Maar die verandert niets aan het probleem in veel verpleeg- en verzorgingshuizen, dat mondzorg aan cliënten niet de aandacht krijgt die ze verdient. Mondzorg hoort een integraal onderdeel te zijn van het werk voor cliënten in verpleeg- en verzorgingshuizen die hierbij ondersteuning nodig hebben, maar is dit lang niet altijd het geval. De ouderen zelf kunnen de aandacht voor hun mondgezondheid verliezen als ze in beslag genomen worden door lichamelijke klachten die ze hebben, of als sprake is van dementie. En de medewerkers kunnen het ‘vies’ of ‘te intiem’ vinden om deze mensen dan te helpen, of worden niet goed geïnstrueerd om dit te doen.

De gevolgen kunnen ingrijpend zijn. Mensen kunnen bijvoorbeeld moeite krijgen met kauwen, wat leidt tot verslechtering van de algemene gezondheidstoestand en de maag/darmfunctie. Chronische mondpijn is ook een voor de hand liggend gevolg. Maar er kunnen ook sociale gevolgen zijn: een kleinkind zal zich niet graag laten knuffelen door een opa of oma die ernstig uit de mond ruikt.

Tandartsen die zich richten op mondzorg voor ouderen, hebben een helder advies: zorg dat het gebit rond 65 jaar op orde is, voordat ouderdomsgerelateerde gezondheidsproblemen hun intrede doen. Tandartsen die de moeite nemen om voorlichting te bieden over mondgezondheid in verpleeg- en verzorgingshuizen zijn echter schaars. Huizen die hen hiervoor uitnodigen ook. En dan hebben we het nog niet eens over de vraag hoe de situatie zich ontwikkelt als ouderen langer thuis blijven wonen.

Delen