Geen sciencefiction

VvAA-bestuurslid en Chirurg-oncoloog i.o in Maastricht UMC Thomas Schok beschrijft zijn werk in deze COVID-19-tijden: “Met nog een paar maanden opleiding te gaan, kon ik de afgelopen weken in eerste instantie niet anders dan surreëel omschrijven; een (slechte) sciencefictionfilm.

In de laatste maanden van de opleiding tot chirurg zou ik nu vooral op de operatiekamer moeten staan om ‘meters te maken’, hier en daar nog een verdiepingsslag aan te brengen en nog een aantal dagdelen mee te lopen bij andere disciplines. Ook stonden er nog een paar interessante cursussen en congressen gepland, die tegelijkertijd als netwerkmoment fungeren in de zoektocht naar een van de schaarse banen in chirurgisch Nederland.  

Van al dat komt opeens niets meer terecht. Eerst het naar huis sturen van al onze co-assistenten, het stilleggen van de opleidingsactiviteiten, de activatie van noodroosters. Dan de grote witte tent voor de ingang van de spoedeisende hulp met een mobiele CT-scanner en instructievideo’s over hoe om te gaan met persoonlijke beschermingsmiddelen. Er volgen webinars en e-learnings over COVID-19 en hoe om te gaan met beademingsapparatuur. Ook worden er intervisiegroepen opgestart. Op de vrije momenten volg ik het nieuws op de voet en gaat er geen nieuwe wetenschappelijke publicatie of persconferentie aan me voorbij. Het coronavirus is overal, maar het blijft nog onwerkelijk. 

Dan komt de patiëntenstroom op gang en deze maakt in één klap een eind aan het sciencefiction-gevoel. Met een bewonderenswaardige professionaliteit, flexibiliteit en kalmte, en dankzij een uitmuntende voorbereiding van het crisisteam in het ziekenhuis, verleen ik samen met mijn collega’s covid- en urgente niet-covid-zorg. Alsof we nooit iets anders hebben gedaan. Met toewijding en aandacht voor de patiënt, met een luisterend oor en tijd voor de familie via videoverbinding en met steun aan elkaar en een helpende hand aan collega’s die ik in deze tijd beter leer kennen dan ooit tevoren. Het werken buiten de afgebakende traditionele torens, de interdisciplinaire samenwerking en het leren van elkaars denkwijze en expertise creëren begrip, meer wederzijds respect en vertrouwen. Het zijn allemaal indrukken die deel uit zullen maken van de herinnering aan een ongekende pandemie waarvan we pas over maanden, mogelijk zelfs jaren, de balans kunnen opmaken. 

Alsof we nooit anders hebben gedaan

Met het afschalen van de Intensive Care-capaciteit durven we voorzichtig weer te kijken naar andere dingen, naar dat wat voorheen zo gewoon was. Het hervatten van de reguliere zorg zal echter eveneens gepaard gaan met grote uitdagingen, gezien de eisen van de ‘anderhalve meter’-maatschappij en de, met vlagen te verwachten, toename van de belasting van het zorgsysteem ten gevolge van COVID-19. Het terug naar normaal, of beter gezegd het nieuwe normaal, zal om slimme keuzes en flexibiliteit blijven vragen. Dat zullen we als zorgverleners samen moeten doen. Als het ons lukt om de positieve ervaringen en innovatieve oplossingen vast te houden, dan zou dit de grootste veranderslag in het zorglandschap teweeg kunnen brengen van de afgelopen decennia.  

Inmiddels is er in het online opleidingsportfolio een speciaal beoordelingsformulier toegevoegd: ‘COVID-19: feedback op bijzondere ervaring’. Een bijzondere ervaring is het zeker. Ik zie het vooral als een ervaring die laat zien waartoe wij als zorgverleners in staat zijn als we samen optrekken voor onze patiënten en daarbij goed voor elkaar blijven zorgen.   

Delen