Homeopathie en Sinterklaas

Het is weer Sinterklaastijd. Kinderen die nog volop in Sinterklaas geloven, zingen luidkeels liedjes bij de schoorsteenmantel in de hoop op mooie cadeaus. De grotere zingen vrolijk mee. Bij sommige zes- en zevenjarigen begint de twijfel door te dringen over sommige aspecten van het Sinterklaasritueel. Kan dat paard van Sinterklaas werkelijk van dak tot dak springen? En hoe komt dat cadeau in de kamer als het groter is dan het gat in de schoorsteen?

Velen van ons kennen uit eigen ervaring als kind en als ouder van een kind het moment dat moet worden verteld dat Sinterklaas niet bestaat. Een mengeling van emoties trekt dan over het gezichtje. Blijheid, omdat het vermoeden dat er iets niet klopte, wordt bevestigd en boosheid omdat ze zijn gefopt door de ouders. Soms is er enorme boosheid omdat het kind eigenlijk zou willen dat het fenomeen Sinterklaas zou blijven bestaan, zoals het was ten tijde van het geloof.

Het is dezelfde enorme boosheid die je ziet bij iemand die in homeopathie gelooft als hem wordt verteld dat homeopathie onzin is en niet werkt. Die boze reactie stoelt waarschijnlijk deels op het gezonde verstand dat ook de gelovige ergens heeft zitten, ook hij weet ergens wel dat homeopathie onzin is. Aan de andere kant wil hij echter liever met hart en ziel blijven geloven in homeopathie en de waarheid niet onder ogen zien dat men hem jarenlang potjes en flesjes vol illusie heeft verkocht. Homeopathiegelovigen verzetten zich wanneer een beroep wordt gedaan op hun gezonde verstand. Een pittig Sinterklaasgedicht kan hen misschien met beide benen op de grond zetten. De meesten echter kiezen kennelijk liever voor geloven in homeopathie, zoals een kind in Sinterklaas.

Delen