Gestuurd
Een interessante opmerking van Nivel-onderzoeker Jany Rademakers: “Als zo weinig patiënten actief kiezen, is het de vraag of keuzevrijheid kan werken als instrument om de zorg te verbeteren.” Rademakers zegt dit in een toelichting bij de publicatie van Nivel-onderzoek over de vraag waarom patiënten voor een bepaald ziekenhuis kiezen. De meeste patiënten kiezen niet voor het beste ziekenhuis voor de behandeling die ze nodig hebben, maar voor het dichtstbijzijnde. Ze verzamelen geen kwaliteitsinformatie en overwegen geen alternatieven. Ze gaan af op de mening van de huisarts of van bekenden.
Het merendeel van de patiënten maakt dus maar heel beperkt gebruik van de vrije artsenkeuze waarover recent zo’n fel debat werd gevoerd.
Toch bestaan wel degelijk kwaliteitsverschillen in de zorg. Denk maar aan het KWF-onderzoek over de overlevingskansen bij kanker. Of aan de enorme verschillen die tussen ziekenhuizen bestaan in het aantal operaties voor veel andere aandoeningen.
Willen we het inzicht in die verschillen benutten om te zorgen dat patiënten de beste zorg krijgen bij hun kwaal, dan zullen we dus andere instrumenten moeten inzetten dan vrije artsenkeuze.
Medisch specialisten meer transparantie laten bieden over de geboden kwaliteit, is een voor de hand liggend alternatief. Het bezwaar dat hiertegen in te brengen is, is dat zorgverzekeraars dan hierop gaan inkopen en dat patiënten zich dus voor hun zorg laten sturen door een derde partij.
Maar dat doen ze nu natuurlijk ook al: door de huisarts die het dichtstbijzijnde ziekenhuis het beste kent of door de buurvrouw die zegt: “Daar moet je naar toe gaan hoor, die hebben mij ook zo goed geholpen.”
Gestuurd worden is niet erg. De vrije wil bestaat immers niet, stelt neurowetenschapper Victor Lamme. Maar laat je dan alsjeblieft sturen op basis van aantoonbare kwaliteit.
6 reacties
‘Als zo weinig patiënten actief kiezen, is het de vraag of keuzevrijheid kan werken als instrument om de zorg te verbeteren’ (Quote).
Keuzevrijheid blijft m.i. belangrijk, want dat heeft alles te maken met vertrouwen en bejegening. Die ‘zachte’ krachten bepalen wel degelijk op individueel niveau de (mate van) succesvolle inzet van diagnostiek en behandeling. Richtlijnen zijn slechts de kaders. Juist bij complexe casus met comorbiditeit kom je er niet met alleen eenduidige indicatoren, hoe belangrijk ook. Dat inzicht is nog niet voldoende ‘geland’. De patient neigt het oor naar ‘storytelling’, aansprekende verhalen over een lotgenoot.
Jan Taco teGussinklo
6 januari 2015 / 09:06Ik denk dat vooral een keuzemogelijkheid hebben heel belangrijk is: als je met die ene arts echt niet door een deur kunt, moet je de ruimte hebben om naar een andere te gaan. Maar keuzemogelijkheid is wel iets anders dan volledige keuzevrijheid. Afgezien daarvan: wat je in je reactie schrijft, begrijp ik. Maar dan blijft toch overeind staan dat keuzevrijheid geen bruikbaar instrument is om de zorgkwaliteit te verbeteren, zo lang slechts weinig mensen van die keuzevrijheid gebruikmaken?
Frank van Wijck
6 januari 2015 / 09:16Ik denk dat patienten in eerste instantie inderdaad vaak afgaan op advies van de buurvrouw of arts. Echter indien een ziekteproces langer duurt of dat het toch niet zo klikt met de arts, dan gaat een patiënt wel degelijk verder zoeken naar kwaliteit van artsen en behandelingen die mogelijk zijn. Ook voor mensen is dit een groeiproces.
Bewustwording dat er ook zeker een keuze is, en die mag je een mens nooit ontnemen.
Gitte vd Eertwegh
6 januari 2015 / 09:16Een goed punt Gitte, maar je hebt het dan alleen over ziekteprocessen die een chronisch karakter hebben. Veel mensen maken incidenteel gebruik van de zorg op het moment dat zich een gezondheidsprobleem voordoet, en komen dan dus niet voorbij het stadium van afgaan op wat de huisarts of mensen in de omgeving zeggen.
Frank van Wijck
6 januari 2015 / 09:24Vooralsnog is het in het ziekenhuis waar ik nog wel eens geweest ben zo dat je maar moet afwachten welke arts je ziet. Ook dat is geen goede zaak, maar dat is niet de schuld van de verzekeraar.
Jaap Uithof
6 januari 2015 / 11:59Even zelf lezen;
‘Voor het onderzoek zijn 141 poliklinische patiënten in drie ziekenhuizen geïnterviewd. Van deze patiënten bleken er 100 passief in de mate waarin ze kiezen, 23 semi-actief en slechts 18 actief’.
‘Maar – als zo weinig patiënten actief kiezen – is het de vraag of keuzevrijheid kan werken als instrument om de zorg te verbeteren.”
Subsidiënt
Ministerie van OCW
–Wie stuurt nu wie in welke richting en middels welke boodschap en waarom leent een wetenschapper zich ervoor om als boodschapper te fungeren met deze statistisch bijzonder rammelende basis?
Minister van OCW en Minister van VWS hebben naast elkaar gezeten tijdens het vrijdag overleg en de een heeft gevraagd of de ander wellicht wat wil doen voor de een; ik krab jouw rug als jij de mijne krabt.
Een telefoontje en een werkstudent is aan de slag gegaan. Het stempel van Dr JJDJ Rademaker erop en zet het maar in de markt; en klaar is het frame. De goegemeente kraait en papagaait zich weer een slag in de rondte. Schrappen van art 13 is weer een stap dichterbij; de mensen kiezen toch niet zelf, het kan ze niets schelen, dus laten we daar dan maar misbruik van maken.
–Laat Dr JJDJ Rademaker maar eens een werkstudent zetten op de beantwoording van de vraag waarom de statistische methodes van Mayo Clinic niet worden overgenomen door de NL Ziekenhuizen en Medisch Specialisten. Mayo Clinic weet met haar methodes wereldwijd patiënten te sturen naar zichzelf! Dat is nog eens sturing. Nederlandse zorg toch als export product?
En Nivel? Tijd voor uitkomstfinanciering? Prestatie bekostiging? Honorering op basis van toegevoegde waarde voor de samenleving? Doelmatige besteding van belastinggelden? Herregistratie van werknemers met nadruk op wiskunde en statistieken? Of Nivel geen wetenschappelijk instituut?
Het NIVEL is het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg. Er vindt toegepast beleidsonderzoek plaats voor beleidsmakers in de gezondheidszorg.
Vandaar dus dit soort ‘onderzoeken”.
ANH Jansen
6 januari 2015 / 17:58