Hand op de knip

De analyse van de ziekenhuisjaarverslagen over 2015 door accountants- en advieskantoor BDO stemt tot nadenken. Ziekenhuisfusies leveren geen kwaliteitsvoordeel op, stelt BDO, en bieden ziekenhuizen in ieder geval op korte termijn ook geen financieel voordeel. Dit leidt tot de vraag of ziekenhuizen vooraf wel een voldoende concreet beeld hebben geschetst van hoe ze de vruchten van die fusie gaan plukken.

In de analyse van de financiële positie van de ziekenhuizen wijst BDO ook op het feit dat banken steeds terughoudender zijn geworden met ziekenhuisfinanciering. Michel van Schaik, directeur gezondheidszorg van Rabobank, legt in een recent interview dat ik met hem had uit waarom dit zo is. In veel zorginstellingen wordt nog sterk gedacht en gehandeld vanuit institutioneel perspectief, stelt hij. Hij zegt: “We willen geen overcapaciteit in de markt zetten die op termijn niet toekomstbestendig is. Daarom hebben we ook in een aantal gevallen – vooral als het om ziekenhuizen ging – afgezien van financiering.” Een heldere boodschap. En een boodschap die aansluit bij de vraag die BDO nu opwerpt, namelijk of ziekenhuisfusies überhaupt wel nut hebben. Immers: als de kwaliteit die je levert er niet beter van wordt en je financiële positie ook al niet, waar doe je het dan voor? Je creëert er geen waarde mee voor de patiënt en je doet er jezelf ook geen goed mee.

Hebben ziekenhuisfusies überhaupt wel nut?

Deze boodschap klinkt de laatste tijd steeds luider en Van Schaik geeft ook aan hiervan te leren. Rabobank kijkt bij financieringsvraagstukken kritisch naar de governancestructuur en de kwaliteit van de bemensing stelt hij, maar: “Ik vraag mij steeds vaker af of we dat stevig genoeg doen.” De vraag stellen is haar beantwoorden. En dan is de conclusie duidelijk: ziekenhuisfinanciering door banken wordt de komende jaren alleen nog maar minder de voor de hand liggende optie.

Delen