Hoezo rechtlijnig?

Wie in een tijdschrift voor zorgprofessionals begint over alternatieve behandelvormen, krijgt per definitie veel reactie. En het maakt daarbij niet uit wát je er inhoudelijk over zegt. Zo schreef ik onlangs een redactioneel over mijn verwarring bij het bericht dat de Inspectie ook alternatieve zorgaanbieders gaat controleren. Ik wist niet goed wat ik er – als regulier gerichte patiënt en (oud)zorgprofessional – van moest vinden. En ik meldde en passant dat ik al jarenlang het trouwste bijna-lid was van de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK). Bijna-lid, want binnen de vereniging is, naar mijn mening, te weinig ruimte voor nuance en dus ben ik dat lidmaatschap nooit aangegaan.

Bijzonder om te ontdekken dat mijn mening zo veel teweeg kan brengen

Onder de kop Rechtlijnigheid hield ik een betoog vol enerzijds- en anderzijdsredeneringen, mitsen en maren en ruimte voor verschillende meningen. Conform mijn eigen tegenstrijdige gedachten niet mijn meest waterdichte verhaal. Misschien is het in dat licht bezien niet zo vreemd dat ik bijzonder tegenstrijdige reacties ontving. Zo was er een lezer die Arts en Auto wilde opzeggen omdat ik de VtdK onderuithaalde en een ander die vond dat ik zo rechtlijnig veel sympathie had voor die vereniging dat hij Arts en Auto ook niet meer wilde lezen. Alles is perceptie, zullen we maar concluderen.

Bijzonder om te ontdekken dat mijn mening, verpakt in een stukje van 330 woorden, zo veel teweeg kan brengen. Wat ik vind, lijkt mij – zolang het niet uiterst controversieel is – tamelijk onbelangrijk in het grotere geheel der dingen.

Hoe dan ook, er is nog zo’n onderwerp waarover ik niet uitgedacht ben en dat u wellicht interesseert: nature versus nurture. Op 11 maart bezoek ik een congresdebat in Haarlem over de vraag of de vrije wil bestaat (u leest erover in de gastcolumn van Frénk van der Linden  en ons onlinedossier Bestaat de vrije wil?). Wie weet schrijf ik daarna een waterdicht betoog over de ene dan wel de andere visie. Maar ik vermoed van niet. Ook in deze discussie zal de waarheid zich – met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid – ergens tussen de twee uitersten bevinden. Ook al vinden we dat met z’n allen lastig.

 

 

Delen