‘Iets’

Baat het niet, het kan wel schaden’, zei arts Martijn van Rijswijk een kleine vier jaar geleden in Het Parool. Hij had het over preventieve ‘total body scans’. In Nederland zijn die verboden en dat is een keuze waar heel veel artsen volledig achter staan.

Het wekt dan ook geen verbazing dat onder artsen met de nodige scepsis wordt gereageerd op de beslissing van Sanquin om donoren vanaf 2022 de mogelijkheid te geven om hun bloed te laten controleren op aandoeningen als diabetes, hart- en vaatziekten, immuunproblemen en kanker. Geen total body scan weliswaar, maar toch wel een aanbod dat hier aardig bij in de buurt komt.

‘Het gevaar van preventief scannen: aanbod creëert vraag’

“Wij stellen geen diagnose”, zegt de woordvoerder van Sanquin in de berichtgeving. Dat is ook terecht want daar komt een bloeddonor niet voor. Een bloeddonor is iemand die ervan uitgaat dat hij gezond is en die naar Sanquin komt met een duidelijk doel: bloed geven omdat anderen daar wat aan hebben. Natuurlijk hoeft zo iemand geen ja te zeggen tegen de vraag of hij meer wil dan dat, maar de achterliggende vraag is of Sanquin dit überhaupt moet willen aanbieden. Aanbod creëert vraag. In de berichtgeving wijst gezondheidseconoom Marcel Canoy op de psychologische én de economische gevolgen die kunnen optreden als iemand op die vraag ingaat en vervolgens ‘iets’ wordt gevonden. ‘Iets’ is immers nog geen ziekte. Maar degene die met dit ‘iets’ wordt geconfronteerd, kan wel meteen zijn ervaren gevoel van gezondheid kwijt zijn.

Wat dit kan betekenen voor de zorgconsumptie, laat zich al te gemakkelijk raden.

Delen