Ik hou nou eenmaal van out of the box denken

interview / ggz-verpleegkundige Peter Peltzer

Ggz-verpleegkundige Peter Peltzer is docent en casemanager. De liefde voor de oudere medemens is hem met de paplepel ingegoten. Zijn moeder is de bekende verpleeghuisarts Anneke van der Plaats en zijn basisschool stond naast het verpleeghuis waar zij werkzaam was. “Ik was er dagelijks te vinden.”

Als mensen met dementie hun omgeving als gunstig ervaren, voelen zij zich (onbewust) veiliger, hebben zij minder last van stress, en zullen zij minder onbegrepen gedrag vertonen. Dat is de kern van de Brein-Omgeving-Methodiek van oud-verpleeghuisarts Anneke van der Plaats. Haar zoon Peter Peltzer (53) werkt volgens dit principe. Onder meer op breinplaats.nl, een online én fysiek kenniscentrum voor omgaan met dementie.

Peltzer kwam al vroeg in zijn leven in aanraking met ouderen in het algemeen en ouderen met dementie in het bijzonder. Het verpleeghuis naast zijn school ervoer hij als een ‘prettige’ omgeving. “Mijn sociale leven speelde zich er af. Niet verwonderlijk dus dat ik eerst ziekenverzorgende ben geworden en daarna verpleegkundige. Ik stond op mijn zeventiende al aan het bed.”

Toch heeft Peltzer eerst nog even gedacht aan een carrière als binnenvaartschipper. Hij had zich al aangemeld bij het schippersinternaat in Mook, maar uiteindelijk was dat toch niet wat hij echt wilde.

‘Je komt snel te overlijden’

“Ik ging de verpleging in en was werkzaam in de psychiatrie. Ik zie graag de mens achter de patiënt. Daarin werd ik bevestigd toen ik eens met een patiënt naar de cardioloog in een algemeen ziekenhuis ging. Het was vlak voor de kerstdagen. Die arts zei onomwonden tegen die patiënt: ‘Nou, het ziet er niet best uit, je komt snel te overlijden.’ En dat was het eigenlijk.

Het was geen echt gesprek, meer een ‘mededelingenmoment’, ontzettend zakelijk. Er brak iets bij mij, en op dat moment wist ik: hier wil ik nooit van mijn leven aan meewerken. Er zit een mens achter elke patiënt, dat moet je nooit vergeten. Mijn beroepshouding is dan ook dat ik een patiënt altijd eerst als persoon wil leren kennen.”

‘Op dat moment wist ik: hier wil ik nooit van mijn leven aan meewerken’

Peltzer werkte een poosje bij ggz-organisatie Altrecht in Den Dolder en Utrecht. In de laatste instelling, het vroegere Willem Arntz Huis, werkte hij in de acute zorg en later in de ambulante zorg. Als PIT-verpleegkundige (Psychiatrisch Intensieve Thuiszorg) begeleidde hij er zowel mensen met functionele psychiatrische stoornissen als mensen met cognitieve stoornissen. “Ontzettend leuk werk. Je bent je eigen baas en hebt tenminste tijd voor de patiënt.

Ik kwam natuurlijk ook bij mensen die zorg weigerden. Bijvoorbeeld bij een meneer die iedereen de deur wees. Zijn hele huis was een puinhoop, het vuil lag meters hoog opgestapeld. Er liepen kippen, ratten, katten en muizen door de kamer en ik moest letterlijk door een dikke laag kippenstront naar binnen, de vlooienbeten kwamen me tot de knieën. Een keer zag ik hem buiten voorover liggen met zijn hoofd in de sloot. Ik schrok me rot, dacht dat-ie verdronken was. Maar nee, hij was zich met slootwater aan het wassen. Op een dag zijn we gaan koffiedrinken in een verzorgingshuis, gewoon om te kijken. Hij vond het er leuk en wilde er wel wonen. Dat is dan ook gebeurd.”

Peltzer nam vaker iemand mee in de auto. Zijn motto: als je verantwoord iets doet, dan moet je van de regels kunnen afwijken. Zo nam hij ooit een kapotte scootmobiel van een cliënt mee naar de reparateur. “De eigenaar kon niet meer naar de McDonalds waar hij altijd gezellig koffiedronk. Dus ik zorgde ervoor dat het voertuig gerepareerd werd. Ach, ik hou nou eenmaal van out of the box denken.”

‘Als je verantwoord iets doet, dan moet je van de regels kunnen afwijken’

Op BreinPlaats traint Peltzer allerlei zorgprofessionals en mantelzorgers. Hij houdt daarbij het gedachtegoed van zijn moeder in het hoofd. Het wrange is dat zijn moeder momenteel zelf kampt met forse geheugenproblemen. “Ze woont nu gelukkig op een prettige en veilige plek waar gewerkt wordt volgens haar eigen ideeën. Dat is fijn. Ze herkent me en we kunnen nog goed met elkaar praten.”

Peltzer verfoeit het als mensen een stempel krijgen waardoor ze volgens hem niet meer ‘voor vol’ worden aangezien. Ze moeten vanwege hun hersenschade anders benaderd worden, vindt hij. “Deze mensen reageren meer vanuit emotie en minder vanuit cognitie. Wij zitten op een ander level dan iemand met dementie. Dat vertel ik ook tijdens trainingen aan mantelzorgers. Ik hou ze een spiegel voor. ‘Wil je koffie of thee?’ is eigenlijk al een moeilijke vraag voor een dementerende. Je stelt hen dan voor een keuze en dan moeten ze nadenken. Maar dat nadenken is juist moeilijk.”

‘Mijn moeder woont nu op een prettige en veilige plek’

Nieuwe dingen zijn ook vaak moeilijk voor mensen met dementie. Peltzer vertelt het verhaal van een man die alleen nog maar foto’s uit de jaren zestig herkende. “Het geheugen werkt als een filmrol met plaatjes. Wij kunnen met onze hersenen de beelden oproepen als ‘levende’ herinneringen. Nou wilde die man zich niet scheren. Dat kwam omdat hij zijn nieuwe, moderne scheerapparaat niet als scheerapparaat herkende. Ik vroeg aan zijn vrouw: ‘Heeft u nog ergens een oud apparaat?’ En ja hoor, op zolder lag nog zo’n oude, blauw met beige en een krulsnoer. We gaven hem aan meneer en hij begon zich meteen zonder probleem te scheren.”

Brandweerman

Zelf is Peltzer niet bang om dementie te krijgen. Daar denkt hij ook niet echt over na. Het werk houdt hij vol omdat hij het leuk en afwisselend vindt. Bovendien heeft hij een mooie uitlaatklep: hij is al twintig jaar brandweerman. Dat geeft hem voldoening en energie. Verder wandelt hij graag in het bos met de hond en gaat hij met zijn vrouw regelmatig naar de sauna.

Peltzer: “Je moet vooral bezig zijn en blijven. Héél belangrijk. Ik pleit ervoor om mensen met beginnende dementie zo lang mogelijk datgene te laten doen wat ze goed kunnen. Stel dat iemand als vrijwilliger altijd koffie serveert in een tehuis of bij een vereniging. Dat is een geautomatiseerde handeling die die persoon dus nog lang kan blijven doen, ook als hij dementeert. En daarmee blijft hij zinvol bezig en voelt hij zich gewaardeerd.”

Delen