Krokodillentranen

Jos Aartsen, bestuursvoorzitter van UMC Groningen, maakt zich zorgen. Het feit dat de overheid geld beschikbaar stelt voor extra personeel in de verpleeghuizen, zal leiden tot een leegroof van de thuiszorg en de ziekenhuizen, stelt hij. De benodigde nieuwe verpleeghuismedewerkers zijn er namelijk helemaal niet. Ze kunnen dus alleen maar weg geroofd worden uit die andere sectoren.

Een terecht signaal? Dat niet zomaar een vers blik verpleeghuispersoneel beschikbaar is, is inderdaad waar. Maar waarom is het uitgerekend Aartsen die dit signaal moet geven? Hij is geen thuiszorgaanbieder, en als bestuurder van een academisch ziekenhuis zit hij niet in de hoek waaruit geroofd zal worden, want het aantal verpleegkundigen dat vanuit de academische setting overstapt naar het verpleeghuis is – helaas – op de vingers van één hand te tellen.

Het aantal verpleegkundigen dat vanuit de academische setting overstapt naar het verpleeghuis is – helaas – op de vingers van één hand te tellen

Maar uit de rest van het verhaal blijkt dat Aartsen een achterliggend doel heeft: hij wil dat het kabinet met een integrale visie komt om de stijgende tekorten in de arbeidsmarkt tegen te gaan. Dat zou inderdaad misschien een goed idee zijn. Maar Aartsens stelling dat het geld dat nu naar de verpleeghuiszorg gaat ‘gewoon overgeheveld’ wordt vanuit de curatieve zorg is wel wat kort door de bocht, en doet vooral vermoeden dat het hem niet lekker zit dat de verpleeghuizen wel extra middelen krijgen en de ziekenhuizen niet. Toch is het natuurlijk bepaald geen nieuw gegeven dat de ziekenhuizen financieel kort worden gehouden als onderdeel van het beleid zorg te substitueren van tweede naar eerste lijn. Het heeft dus niets te maken met dat extra geld voor de verpleeghuizen.

Delen