La fille inconnue

Twee broers die samen films maken, dat pakt vaak heel goed uit. Al een halve eeuw geleden had je de Maysles brothers, Albert (1926-2015) en David (1931-1987), makers van onder meer schitterende documentaires over The Beatles en The Rolling Stones (Gimme Shelter, 1970). Dan zijn er natuurlijk de Coen brothers, Joel (61) en Ethan (59), bekend van geweldige speelfilms als Fargo (1996) en No Country for Old Men (2007). En intussen ook de Duplass brothers, Mark (39) en Jay (43), met als tot nu toe beste door hen geregisseerde speelfilm Jeff, Who Lives at Home uit 2011.

Maar niet alleen in Amerika hebben ze broers die goed kunnen filmen, ook dichter bij huis komt dit voor. Jean-Pierre (65) en Luc (62) Dardenne komen uit Luik, wat ook de locatie is van hun allernieuwste speelfilm. Eerder al schreven en regisseerden ze samen al negen andere speelfilms, te beginnen in 1987. Waaronder, in 2011, het mooie en terecht in Cannes bekroonde Le gamin au vélo. En in 2014 Deus jours, une nuit, met in de hoofdrol Marion Cotillard (die hiervoor een Oscarnominatie kreeg).

Ook La fille inconnue, vorige week in première, heeft in de hoofdrol een Franse actrice, Adèle Haenel. En is een voortzetting van de Dardenne-traditie van voorkeur voor ‘sociale’ onderwerpen; voor verhalen die licht werpen op het leven van mensen aan de onderkant van de maatschappelijke ladder.

Dat laatste geldt niet voor Jenny, het centrale karakter in La fille inconnue. Zij is net beginnend arts, met een nog mooie en lange toekomst voor zich. Maar de patiënten met wie ze te maken krijgt, zijn inwoners van een onvervalste achterstandswijk, met ook veel immigranten. Een woon- en leefomgeving van het soort dat speciaal in oude industriesteden in Wallonië van een desolate grimmigheid kan zijn.

Het sterke punt van deze film is de manier waarop Jenny zelf wordt neergezet: niet als privépersoon, want dit is een film waarin liefde noch seks aan bod komen, maar eerst en vooral als professional. Dit begint al bij de afweging die ze moet maken tussen een financieel lonkende loopbaan bij een particuliere kliniek, en het overnemen van een huisartsenpraktijk met alleen fondspatiënten. Maar rode draad is de bijna existentiële vraag: hoe ver kan en mag ik als (huis)arts gaan op het punt van persoonlijke betrokkenheid?

Hoe ver kan en mag je als (huis)arts gaan op het punt van persoonlijke betrokkenheid?

De gebroeders Dardenne werken dit uit in een plot waar ook een policier-achtige kant aan zit, waarvan ik verder geen details zal verklappen. Maar die wel een paar tekortkomingen heeft, op punten als geloofwaardigheid en logica, vooral op het einde van de film. Dit zal ook de reden zijn waarom La fille inconnue door matig en gemengd is ontvangen, met een IMDB-score van 6,4 en een Rotten Tomatoes-score van 58% (tegen een schitterende 96% voor Le gamin au vélo een paar jaar eerder).

Dat ik La fille inconnue toch kan aanbevelen, zit vooral in de empathie en nuance waarmee medisch-professionele thema’s figureren als beroepseer, ambitie, roeping, idealisme en betrokkenheid – met een realistisch oog voor dilemma’s. Met als bijkomende plus een aaneenschakeling van vaak sombere maar steeds sfeervolle en indringende beelden, uit diezelfde buurten aan de rand van Luik waar je zo vaak langs bent gereden, op weg naar Frankrijk, zonder ooit te weten te komen hoe het leven daar nu eigenlijk is.

Wie La fille inconnue op het grote doek wil zien, kan hiervoor tot in elk geval midden volgende week terecht in bioscopen in Alkmaar, Amsterdam (inclusief Eye), Amersfoort, Arnhem en Breda. En anders toch in elk geval kijken als deze film eenmaal op televisie langskomt, wat vast en zeker gaat gebeuren. Geen briljant hoogtepunt, maar evengoed het bekijken waard.

Delen