Leve de mainstream

Had het aan Donald Trump zelf gelegen, dan was oud-generaal Michael Flynn ook nu nog steeds National Security Adviser. Uit reconstructies van wat zich precies heeft afgespeeld, sinds de eerste berichten over Flynns handjeklap met het Kremlin, is maar één conclusie mogelijk. De factor die de doorslag gaf bij het noodgedwongen ontslag van Flynn, was de berichtgeving in The Washington Post.

Lang leve daarom de media. U weet wel: die ‘eenzijdig linkse’ media’, die verderfelijke ‘MSM’ (voor ‘mainstream media’), die ‘lying media’ met al hun ‘fake news’, die volksvijandige ‘Lügenpresse’.

Nou gebiedt de eerlijkheid eerst even dit. Dat beeld van die ‘linkse’ media, is niet helemaal uit de lucht gegrepen. Zeker in een land als Nederland, met een relatief zwakke traditie van ‘rechtse’ tabloid-pers en een grote en sterke publieke omroep, kan je rustig zeggen dat de doorsnee journalist iemand is die haar of zijn eigen wereldbeeld zou omschrijven als links of progressief. En ook in Verenigde Staten wordt de wereld van de ‘mainstream’ media overwegend bevolkt door mensen die denken en schrijven vanuit ditzelfde wereldbeeld.

De vraag is alleen: is dit erg? En zo ja: is hier wat aan te doen? Om met die tweede vraag te beginnen: nee, daar is eigenlijk niets aan te doen. Het is net als met de wereld van wetenschap en universiteit: het soort mensen dat daarin een loopbaan zoekt, is al op voorhand niet-representatief voor de doorsnee bevolking, en is inderdaad bovengemiddeld ‘links’. Mensen die qua wereldbeeld anders in elkaar zitten, zoeken hun professionele heil liever elders. Die eenzijdige oriëntatie van het personeel in media en wetenschap, is dus geen zaak van samenzwering of vriendjespolitiek. Maar komt door autonome patronen van loopbaankeuze ­– en daarom: een gegeven om mee te leven.

Mensen die qua wereldbeeld anders in elkaar zitten, zoeken hun professionele heil liever elders

Maar is dat erg? Niet echt. Soms is het natuurlijk best wel irritant, die vooringenomenheid van veel journalisten. Diezelfde Amerikaanse media die zich nu zo vastberaden, en zo terecht, vastbijten in de leugens en de kwaadaardigheden van de Trump-regering, maakten zich acht jaar geleden redelijk belachelijk door hun totaal doorgeschoten adoratie van Barack Obama. Maar toch: dat was niet hetzelfde.

Bij alle kritiek die ook op Obama mogelijk was, al vanaf de start van zijn eerste ambtstermijn: de situatie van toen is niet die van nu. De verkiezing van Donald Trump, Brexit, de militaire agressie en het wereldwijde politieke gestook door het gangsterregime in Rusland, de kans dat Marine Le Pen president van Frankrijk wordt: het wijst allemaal in één richting. De democratische orde, nationaal en internationaal, die wij nu al ruim zeventig jaar een vanzelfsprekendheid vinden, als fundament onder de welvaart, vrijheid en vrede in ons deel van Europa, is niet langer een vanzelfsprekendheid. Maar wordt intussen serieus bedreigd – door populistische krachten van rechts én van links, die ook steeds vaker en brutaler samen optrekken.

De positie en verantwoordelijkheid van de ‘mainstream media’ is hiermee wezenlijk anders geworden. Vanuit het perspectief van wat er nú aan de hand is, was hun ‘linkse’ vooringenomenheid nooit veel meer dan een redelijk onschuldige en nooit alles-dominerende hebbelijkheid uit een recent verleden dat intussen ver weg lijkt. Ook toen al was politiek natuurlijk belangrijk – maar niet op de manier van nu, die je ronduit existentieel mag noemen, omdat onze leefwijze op het spel staat.

Het is te simpel om te zeggen dat het gevaar voor onze beschaafde orde nu niet langer meer van radicaal ‘links’ komt maar van radicaal ‘rechts’. Wat écht aan de hand is, is dat die twee categorieën, en de bijbehorende dichotomie, met de dag meer achterhaald raken. En dat de botsing van waarden die ons leven bepalen, niet langer meer tussen links en rechts gaat maar tussen populisme en non-populisme.

En grosso modo kan je gelukkig vaststellen dat die zo vaak bekritiseerde ‘mainstream media’, zich op een goeie manier aan deze nieuwe realiteit aanpassen. En dat ze, ook in Nederland, actief mee vooroplopen in het ontzenuwen van het ‘feitenvrije’ publieke discours waar populisten, of ze nou links of rechts zijn, zich zo gretig van bedienen.

Mainstream media passen zich op goeie manier aan nieuwe realiteit aan

We mogen dus heel blij zijn dat ‘de media’, in de ouderwetse zin van het woord, nog steeds alive and kicking zijn. En dat ze vooralsnog effectief tegenspel kunnen geven aan de steeds brutaler krachten der duisternis. Maar één ding moeten we wel beseffen. Diezelfde ‘oude’ media krijgen het financieel steeds moeilijker: door de komst van het internet; door concurrentie van social media; door de opmars van ‘gratis’ nieuws (dat in veel gevallen écht ‘fake’ is); door verdwijnende advertentie-inkomsten. Diezelfde media actief ondersteunen, als betrokken en dus vooral ook betálend lezer, wordt hiermee in de nieuwe wereld van nu een hoeksteen van niet-vrijblijvend burgerschap.

Delen