Minister: tijdelijk uitstel jaarverantwoording

Als het aan minister Helder ligt, kunnen kleine zorgaanbieders in 2023 en 2024 uitstel krijgen voor het openbaar maken van hun financiële jaarverantwoording. Daarna moeten zij zich jaarlijks, conform de regeling, vóór 1 juni verantwoorden. “Dit geeft lucht, maar daarmee is het probleem niet opgelost.”

Met de komst van de Wtza (Wet toetreding zorgaanbieders) als vervanger van de Wtzi (Wet toelating zorginstellingen) zijn de toetredingsregels voor nieuwe zorgaanbieders veranderd, maar is ook de groep zorgaanbieders die een jaarverantwoording moet afleggen verruimd.

Vanaf 2023 zijn ook kleinere zorgaanbieders verplicht elk jaar vóór 1 juni onder meer financiële cijfers over het voorafgaande kalenderjaar openbaar te maken. Los van alle inhoudelijke bezwaren uit het veld tegen deze jaarverantwoordingsplicht, wezen VvAA en andere dienstverleners erop dat het onhaalbaar is om voor zo veel zorgaanbieders in zo’n korte tijd de jaarcijfers op te maken. Dat leidde tot ‘constructieve gesprekken’ met VWS en NZa over uitstelmogelijkheden voor het aanleveren van deze cijfers, zo gaf VvAA-adviseur Erik van Dam eerder in Arts en Auto aan.

Uitstel voor 2023

Begin november liet minister Conny Helder in een brief aan de Tweede Kamer weten hoe die uitstelmogelijkheden er wat haar betreft uitzien. Voor het openbaar maken van de jaarverantwoording over boekjaar 2022 krijgen zorgaanbieders uitstel tot 31 december 2023. Voor boekjaar 2023 is de deadline gesteld op 1 oktober 2024. In de jaren daarna is openbaarmaking vóór 1 juni gewoon de norm.

“We zijn blij dat de minister voornemens is de deadline op te schuiven”, reageert Van Dam. “Dit geeft lucht. Maar in 2025 lopen de accountants- en administratiekantoren nog steeds tegen hetzelfde probleem aan: we kunnen niet alle jaarcijfers voor alle jaarverantwoordingsplichtige klanten in een kwart van de gebruikelijke tijd ophoesten. Er moet een structurele oplossing komen. Daar blijven we met VWS de komende tijd naar zoeken.”

Delen