Moord en brand

“Binnenkort kun je aan de tanden van een kind zien hoeveel geld de ouders hebben”, stelt Christo Boxum van de Nederlandse Vereniging voor Orthodontisten. Een mooie oneliner, maar klopt het ook? Hooguit ten dele, want de meeste tandartszorg voor kinderen tot achttien jaar wordt vergoed uit de basisverzekering. Hiervoor wordt zelfs geen eigen risico in rekening gebracht. Ook kinderen van ouders met een smalle beurs kunnen dus een gezond gebit hebben. Een wat minder volmaakt ogend gebit misschien, zonder beugel. Maar zolang de esthetische beperking niet ten koste gaat van de functionaliteit hoeft dat geen groot probleem te zijn.

De toegang tot de zorg in Nederland is goed en het basispakket is breed

Dit geeft wel wat nuancering bij de stellingname van de NVvO. In hetzelfde bericht schiet ook Guusje ter Horst, voorzitter van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie, haar doel voorbij, namelijk door te stellen “Nu al is veel noodzakelijke zorg voor lagere inkomens nagenoeg onbereikbaar”. Dat is natuurlijk niet waar. De toegang tot de zorg in Nederland is goed en het basispakket is breed.

Boxum en Ter Horst wekken met hun uitlatingen onterecht de suggestie dat die hele basis op de helling staat. De discussie gaat alleen over de aanvullende verzekering. Dat hierover nu discussie wordt gevoerd, heeft alles te maken met een rapport van De Nederlandsche Bank, waarin ze stelt dat de aanvullende verzekeringen voor de mondzorg en fysiotherapie verliesgevend worden en daardoor op termijn dreigen te verdwijnen. Een conclusie die gezondheidseconoom Erik Schut dan weer in twijfel trekt, want hij zegt een duidelijke financiële onderbouwing bij de analyse van DNB te missen. Laten we die dus hopen dat die er nu snel komt. Moord en brand schreeuwen kan dan altijd nog. Al heeft het dan nog steeds geen zin om dit te doen met opmerkingen die zich niet tot het feitelijke onderwerp beperken.

Delen