Na het faillissement

De Commissie onderzoek faillissementen ziekenhuizen spaart geen enkele partij in de conclusie van haar onderzoek naar het faillissement van MC Slotervaart en MC IJsselmeerziekenhuizen. Zowel de ziekenhuisorganisatie zelf als de externe partijen hebben de ernst van de situatie te laat ingeschat. Ze zijn ieder te veel in hun eigen rol gebleven en hebben te weinig naar het grote verhaal gekeken. Wat dat betreft zijn ze een duidelijke afspiegeling van de manier waarop ook onze gezondheidszorg nog steeds voor een groot deel is ingericht: in silo’s.

Nederlandse gezondheidszorg is nog altijd voor een groot deel ingericht in afzonderlijke silo’s

De ziekenhuisbestuurders en de zorgverzekeraar uiten vooral kritiek op elkaar. Daar zullen ze ongetwijfeld ieder vanuit hun eigen perspectief bezien goede redenen voor hebben, maar het brengt de discussie over hoe het in de toekomst anders moet niet veel verder. Het is de vraag in hoeverre de opmerking van commissielid Pauline Meurs – “Als je dit rapport in één zin moet samenvatten is, dan is het dat een ziekenhuis in problemen uit handen van de curator moet blijven, want de curator denkt níet vanuit het belang van de patiënt.” – dit wel doet. Faillissementen en curators hebben toch wel op een redelijk logische manier iets met elkaar te maken. Constructiever is faillissementen van ziekenhuizen voorkomen. De meerjarencontracten waarvoor de commissie in dit verband pleit, zijn gelukkig al steeds meer gemeengoed aan het worden.

De oud-bestuurders van de MC Groep wijzen op “de worsteling van kleine ziekenhuizen met de toenemende eenzijdige afhankelijkheid van zorgverzekeraars.” Mogen we hierbij de kanttekening plaatsen dat het ministerie van VWS zijn rol kan pakken voor een klein ziekenhuis als het ziet dat dit nodig is? En dat kleine ziekenhuizen ook te maken hebben met toenemende eenzijdige afhankelijkheid van grotere ziekenhuizen die een klein ziekenhuis in hun adherentiegebied graag willen reduceren tot dagcentrum?

Delen