Natuurwijnboeren volgen eigen kompas

Een kleine maar groeiende groep dissidenten in de wijnwereld ziet af van elke kunstmatige toevoeging en correctie bij de wijnproductie. Een vorm van regressie met innovatieve effecten.

Tekst: Han Sjakes Beeld: Vinoblesse    

Modernisering in de wijnmakerij heeft de kwaliteit van wijn de afgelopen decennia aanzienlijk verbeterd. Ingewikkeld waren de meeste verbeteringen niet. Alleen al het gebruik van hygiënische roestvrij stalen tanks en temperatuurcontrole bij de vinificatie deden veel goed. En dankzij Europese subsidies konden alle EU-wijnlanden van deze moderniseringen profiteren.

Recentere technologische innovaties, zowel in de wijngaard als in de wijnkelder, zijn aanzienlijk geavanceerder. Denk aan slimme oogstmachines die alleen de rijpste druiven ‘plukken’. Of aan optische sorteermachines die elk ongewenst druivenbesje spotten tijdens de val van de loopband en deze onmiddellijk één voor één richting de afvalbak blazen.

Niet alleen apparatuur en uitrusting hebben veel veranderd in de wijnwereld. Vooral de mogelijkheden om het productieproces onder controle te houden en bij te sturen, zijn sterk toegenomen. Je zou met gemak een heel tijdschrift kunnen vullen over de voor- en nadelen van gistsoorten, enzymen, tanninepoeder, wijnsteenzuur, kleurcorrecties, gekweekte melkzuurbacteriën, arabische gom en – het is een mond vol – polyvinylpolypyrrolidone. 

Het verlangen naar ‘natuurwijn’ dateert van een jaar of vijftien geleden, als reactie op de ‘industrialisatie’ van wijn

De vraag is of al deze manieren van bijsturen ‘zo erg zijn als ze klinken’. De meeste oenologische ingrepen zijn redelijk onschuldig. Draaiden we de klok terug, dan zou de gemiddelde supermarktwijn in de prijsklasse rond de vijf euro zonder dergelijke ingrepen een stuk minder aantrekkelijk zijn.

Het verlangen naar ‘natuurwijn’ dateert van een jaar of vijftien geleden, als reactie op de ‘industrialisatie’ van wijn. Wijn wordt in de wijngaard gemaakt, niet in de wijnkelder was het idee van een aantal kleine Europese wijnboeren. Hun afkeer van kunstgrepen en manipulatie werd ingegeven door de overtuiging dat minimale interventie wijn eerlijker, authentieker en beter maakt. Idealisme speelde dus een rol, maar gezien hun relatief kleine productie vormde de focus op authentieke wijn met een eigen karakter waarschijnlijk ook uit concurrentieoverwegingen de beste keuze.  

Inmiddels zijn er talloze verenigingen van natuurwijnboeren, vooral in Frankrijk en Italië. Zij zijn de artiesten van de wijnwereld die hun eigen kompas volgen. Ze doen dan ook vrijwel nooit mee met de lokale appellaties AOC, IGT of DOC. Hun wijn komt op de markt met het minst veeleisende label op het etiket. De soms grote vraag naar, en de (hoge) prijs van hun Vin de France of Vino da Tavola bewijzen het bestaansrecht van de beste natuurwijnboeren. Zij zijn nu de helden van menig wijnliefhebber en zelfs een inspiratiebron voor de grootschalige wijnbedrijven door wie ze ooit werden verfoeid.

Tegenpartij

Hiermee transformeert de natuurwijntrend van een ‘tegenpartij’ tot een innovatieve beweging. Zelfs antieke werkwijzen worden geherintroduceerd: zoals het vergisten van witte druiven samen met de schillen (het resultaat heet orange wine), waar normaal gesproken bij witte wijn de druiven vóór de fermentatie worden geperst. Vinificatie en rijping op aardenwerken amfora is een andere trend; óók bij wijnmakers die zich niet als natuurwijnproducent beschouwen. Een modernere variant hierop is vergisting in eivormige betonnen vaten. De eivorm zorgt voor een spontane circulatie van de druivenmost, die een gunstig effect op de wijn zou hebben.

Speciaal voor Arts en Auto-lezers selecteerde Han Sjakes, samen met wijnkoperij Vinoblesse, een proefdoos met zes verschillende natuurwijnen. Voor meer informatie, zie vvaa.nl/ledenvoordeel.

Het lijkt erop dat het belang van een gezonde wijngaard, dankzij de eigenzinnige natuurwijnboeren, steeds meer aandacht krijgt in alle geledingen van de wijnwereld. Een interessant thema in modern wijngaardbeheer is de ‘levende bodem’. Naar wordt gezegd bevat tien gram gezonde grond meer bacteriën en ander leven dan dat er mensen zijn op aarde. Deze micro-organismen spelen een belangrijke rol bij de gezondheid van zowel de bodem als de wijnplanten, die uitzonderlijk gevoelig zijn voor de plaatselijke habitat. Ganzen, kippen of schapen in de wijngaard zorgen voor natuurlijke bemesting terwijl ze ongewenste slakken, spinnen of onkruid eten. Volgens de biodynamische landbouwfilosofie zijn ook schimmels en ongedierte onmisbaar in het ecosysteem. Er zijn aanwijzingen dat planten die dankzij de afwezigheid van chemische bestrijdingsmiddelen de kans krijgen zelf weerstand op te bouwen tegen schimmels, na verloop van tijd betere druiven en dus betere wijn geven.

Natuurwijn kan geweldig mooi zijn, maar alleen als het fruit van optimale kwaliteit is

Is natuurwijn lekkerder dan conventionele wijn? Het antwoord luidt: natuurwijn kan geweldig mooi zijn, maar alleen als het fruit van optimale kwaliteit is. Dat gebeurt eenvoudig niet op elke locatie, hoe goed een wijnboer daarvoor ook zijn best doet. ‘Grand cru’ verwijst niet voor niets naar een wijngaard waar uit ervaring is gebleken dat de natuurlijke (klimaat)omstandigheden zorgen voor de beste druiven.

Een natuurwijnboer maakt het zichzelf al moeilijk genoeg door af te zien van het gebruik van sulfiet, waarmee veel hygiëneproblemen kunnen worden vermeden. ‘Industriële’ ingrepen en hulpmiddelen bewijzen hun nut juist onder minder ideale omstandigheden. Vin naturel kan niet het ontbreken van optimale groeicondities compenseren. De natuurwijnmaker zal in dat geval de eerste zijn om toe te geven dat de natuur uiteindelijk de baas is.

Wat is natuurwijn precies?
Er is geen eenduidige definitie van vin naturel en er zijn geen wettelijke regels. De diverse clubs van natuurwijnboeren hanteren elk hun eigen regels. Ze lijken veel op elkaar maar verschillen toch teveel van mening om tot één definitie van vin naturel te komen. Zo is er bijvoobeeld geen consensus over de mate van sulfietgebruik.

Over het volgende is men het goeddeels wél eens: 
• Biologische of biodynamische teelt
• Spontane fermentatie, dus geen gebruik van fabrieksgisten
• Geen of minimale klaring en filtering
• Geen toevoegingen – ‘niets erbij, niets eruit’ is het motto
• Bij de botteling liefst geen, en anders zo weinig mogelijk sulfiet

Delen