Nee verkopen

Anbos, de branchevereniging voor schoonheidsspecialisten, liet wetenschappers inventariseren welke ethische kwesties in de branche aandacht verdienen. De uitkomst (de Volkskrant berichtte er afgelopen zaterdag over): schoonheidsspecialisten houden zich met veel meer bezig dan hun traditionele taken, hun werk wordt steeds complexer en krijgt soms een bijna medisch karakter. Ze komen daardoor voor lastige morele keuzes te staan, terwijl hun opleiding nauwelijks voorziet in ethische richtlijnen.

Mooi dat een branchevereniging haar leden over zulke zaken laat nadenken. Hier zit een les in voor andere beroepsgroepen, ook medische. Vorige week deed het regionaal tuchtcollege in Amsterdam uitspraak in de zaak van een tandarts die een cliënte een behandeling voor hangende oogleden had geboden, een cosmetische behandeling die voor de cliënte niet zo best afliep.

Er is geen reden voor tandartsen om zich met cosmetische behandelingen buiten hun direct vakgebied bezig te houden

De vraag is: waarom moet het zover komen dat het medisch tuchtcollege eraan te pas moet komen om deze tandarts op de vingers te tikken? De naam van het vak maakt voldoende duidelijk dat het specifieke kennisgebied van deze professional in en rond de mond ligt. De oogleden horen daar niet bij en er is welbeschouwd ook geen reden voor tandartsen om zich met cosmetische behandelingen buiten hun directe vakgebied bezig te houden. ‘Een schoonheidsspecialist die nee verkoopt, verdient niets’, is een van de dilemma’s die het artikel in de Volkskrant benoemde. Voor tandartsen die nee verkopen bij de vraag om een branchevreemde cosmetische behandeling te bieden, geldt dit niet. Die verdienen aan hun tandheelkundige werk.

Delen