‘Ouderenzorg weer van de agenda’

Verenso-voorzitter Nienke Nieuwenhuizen vreest herhaling van zetten bij tweede COVID-19-golf 

Ze zou afzwaaien als voorzitter van Verenso, maar als de coronacrisis uitbreekt, kan en wil Nienke Nieuwenhuizen haar beroepsvereniging niet in de steek laten. De specialist ouderengeneeskunde stelt alles in het werk om de ouderenzorg voor het voetlicht te brengen. Uiteindelijk lukt dat, maar de verworven aandacht lijkt alweer te vervliegen. “Ik heb een soort herbeleving van maart.” 

Tekst: Martijn Reinink Beeld: Hollandse Hoogte/ANP/Bart Maat 

Nienke Nieuwenhuizen
Nienke van NIeuwenhuizen tijdens een hoorzitting voorafgaand aan kamerdebat

Op dringend advies van Verenso sluiten op 20 maart 2020 alle verpleeghuizen in Nederland hun deuren voor bezoekers en alle anderen die niet noodzakelijk zijn voor de basiszorg. Het is, met afstand, het moeilijkste advies dat Nienke Nieuwenhuizen (44) in haar tijd als voorzitter van de beroepsvereniging van specialisten ouderengeneeskunde ‘móet geven’. “Het spookt nog weleens door mijn hoofd: had het misschien toch anders gekund?”, zegt ze drie maanden na de sluiting, als de bezoekstop inmiddels gefaseerd wordt versoepeld en Nieuwenhuizen zelf op een namiddag even in de zon zit. “Deze maatregel ging tegen onze natuur in. We willen leven aan de dagen toevoegen en niet andersom. En tóch kom ik telkens tot dezelfde conclusie: op dat moment kón het niet anders. Het virus verspreidde zich razendsnel en als verpleeghuissector hadden we te weinig beschermingsmiddelen en testen, waardoor we bewoners én personeel onvoldoende konden beschermen.”

Over dat tekort aan middelen kan de specialist ouderengeneeskunde zich nóg opwinden. “Onze doelgroep is het kwetsbaarst, dus vanaf het begin was duidelijk dat ze de grootste risico’s zouden lopen. En toch zijn we lange tijd genegeerd als het gaat om de verdeling van middelen.” 

‘Als kwetsbaarste doelgroep zijn we lange tijd genegeerd als het gaat om de verdeling van middelen’

Verantwoordelijk minister Hugo de Jonge heeft daar een iets andere kijk op. In het Algemeen Dagblad zegt hij: “De kritiek over spullen en testen, ik hoor het allemaal aan, maar denk wel: jongens, er was een explosie van schaarste, overal. (..) We hebben álles gedaan wat in ons vermogen lag, maar je kunt niet alles voorkomen. Ik kan niet toveren.” Geconfronteerd met die uitspraken, zegt Nieuwenhuizen: “Hij heeft geen ongelijk. Er was schaarste, wereldwijd, maar binnen die schaarste moet je nog steeds verdelen. De crisisorganisatie was op de ziekenhuizen gericht. Wij stonden achteraan in de rij en kwamen niet aan tafel.” 

Wat ze ook probeert om een stoel aan die tafel te bemachtigen, het helpt niet. “We hebben op alle deuren geklopt, gesprekken gevoerd met ambtenaren, maar het mocht niet baten.” Totdat Verenso, samen met het VUmc en specialisten ouderengeneeskunde uit het veld, een COVID-19-registratie opzet om het beloop van het virus in verpleeghuizen in kaart te brengen. “Toen konden we cijfers laten zien en dat was nodig om het urgentiebesef aan te wakkeren.”

Ineens stromen de uitnodigingen van tv-programma’s en andere media binnen. En daar maakt de voorzitter van Verenso dankbaar gebruik van. “Aandacht voor de ouderenzorg begint bij de media”, zegt ze. “Zo bereik je het grote publiek en dat beweegt de politiek. Het is jammer dat het zo werkt, maar het is wel zo.” Nadat ‘het urgentiebesef is aangewakkerd’, schuift Nieuwenhuizen aan bij het Outbreak Management Team (OMT) en spreekt ze de Tweede Kamer toe. 

Voor de tijdelijke sluiting van verpleeghuizen proeft Nieuwenhuizen in het begin ‘veel draagvlak’, maar mettertijd ziet ze dat afnemen. In het publieke debat gaat het steeds meer over het eenzaamheidsvirus, dat misschien wel schadelijker is dan het coronavirus. In die discussie mist de specialist ouderengeneeskunde ‘de nuance’. “Het is multidimensionaal”, stelt zij. “Natuurlijk was er veel leed als gevolg van de bezoekstop. Heb ik met eigen ogen gezien. Maar er waren óók bewoners die het goed deed dat er even geen bezoek kwam. Bij wie het angst wegnam, die het rust gaf. En in 60 procent van de verpleeghuizen is géén COVID-19 uitgebroken. Maar dat zijn geen sappige verhalen. Daarmee kom ik niet bij Op1.”

‘Dat we dankzij onze langdurige zorg en verpleeghuiszorg in Nederland een ramp zoals in Italië hebben voorkomen, krijgt nauwelijks aandacht’

Ze zou graag willen dat er wat meer nadruk wordt gelegd op wat er goed gaat in de ouderenzorg. “Zonder het negatieve te ontkennen, maar benoem óók het positieve. Dat is zó belangrijk voor de sector. Voor de mensen die er met ziel en zaligheid werken en altijd maar het gevoel krijgen dat ze het niet goed doen. Nu gaat het in het nieuws over families die dreigen met rechtszaken omdat ze het niet eens zijn met de bezoekregelingen, maar dat we dankzij onze langdurige zorg en verpleeghuiszorg in Nederland een ramp zoals in Italië hebben voorkomen, krijgt nauwelijks aandacht.”

Geen accurate informatie 

Of dat besef wel is doorgedrongen, betwijfelt Nieuwenhuizen. “Ik heb een soort herbeleving van maart. In de voorbereiding op een eventuele tweede COVID-golf gaat het over ic-bedden en ic-verpleegkundigen. Oók belangrijk. Het is niet zo dat het een boven het ander moet gaan, juist niet, het zou moeten gaan over de gezondheidszorg als geheel. Maar de ouderenzorg lijkt weer van de agenda verdwenen.” Tekenend daarvoor noemt ze het ‘dashboard coronavirus’ van minister De Jonge. “Daarop zag ik staan: ‘0 doden in verpleeghuizen’. Nou, dat was op dat moment zéker niet het geval, maar ze hebben de accurate informatie niet. Dat ze dat accepteren en er dan ‘0 doden’ durven neer te zetten, dat vind ik onvoorstelbaar. Ook op dat dashboard lijkt de focus te liggen op ziekenhuis- en ic-opnames, maar als je die wilt voorkomen, moet je sturen op preventie van COVID-besmettingen in de wijk en in verpleeghuizen. In feite is dát de frontlinie.” 

Nieuwe voorzitter

Begin 2017 gaf Nienke Nieuwenhuizen in Arts en Auto aan dat ze nog drie jaar voorzitter van Verenso zou blijven, maar die functie bekleedt ze dus nog steeds. “We hebben bij Verenso de afgelopen jaren veel veranderd als het gaat om missie, visie en strategie”, licht Nieuwenhuizen toe. “Onderdeel daarvan is dat we het bestuur hebben verbreed: van alleen een voorzitter naar drie bestuursleden. Die hadden we niet zomaar gevonden, dus in het kader van continuïteit zou ik iets langer blijven. In mei van dit jaar zou ik stoppen, maar toen kwam de pandemie en dat was niet het moment om het stokje over te dragen.” Dat gaat in september wel gebeuren. Dan wordt Nieuwenhuizen opgevolgd door specialist ouderengeneeskunde Jacqueline de Groot.

Waarom gebruikt men voor dit dashboard niet de gegevens die jullie verzamelen? “Verenso houdt een registratie bij op landelijk niveau, op basis van totaalgegevens uit verschillende EPD’s. Maar om goed te kunnen sturen, zijn gegevens op regionaal niveau nodig. Het RIVM is bezig de meting over te nemen, maar dat is op dit moment (25 juni, red.) nog niet gereed. Onder andere omdat zorgorganisaties hiervoor opnieuw toestemming moeten geven.”

Op dit vlak is er dus nog werk aan de winkel, maar er zijn nu in elk geval wel voldoende testen en persoonlijke beschermingsmiddelen in verpleeghuizen aanwezig. “We krijgen momenteel geen signalen over tekorten”, zegt Nieuwenhuizen. “Maar als er weer een uitbraak komt, gaan die middelen er snel doorheen. We houden de vinger aan de pols bij VWS: is er nu voldoende voorraad? En dan krijgen we terug: ‘We zijn ermee bezig.’ Als ik dat hoor, dan denk ik…” Ze zoekt naar het juiste woord, maar besluit tot: “Laat ik voor mezelf spreken: het vertrouwen moet nog terugkomen.”

Verbinding

De specialist ouderengeneeskunde is blij dat ze nu bij de minste verdenking verpleeghuisbewoners kunnen testen. “Al is een neusswab afnemen nog niet zo eenvoudig bij iemand met dementie.” Nóg complexer is het om zo iemand bij een vastgestelde besmetting te isoleren. “Dat is wat je zou willen: diegene uit de populatie halen, maar dat is lastig. We hebben daar richtlijnen en kaders voor, maar wat er mogelijk is, verschilt per regio, verpleeghuis en bewoner. Ga je iemand verplaatsen of juist niet en hoe organiseer je het? Richt je een aparte COVID-unit in huis in? Dat betekent: lege bedden. Het zijn afwegingen die bestuurders in samenspraak met zorgprofessionals moeten maken. Maar ook op dat niveau zien we dat de zorgprofessional niet overal aan tafel komt. Op sommige plekken gelukkig wel, hoor. Daar is door deze crisis juist verbinding ontstaan. Al zien we die ook weer afvlakken nu de piek achter ons ligt.”

Terwijl ‘verbinding’ in de ogen van Nieuwenhuizen de enige manier is om tijdens een eventuele tweede piek te voorkomen dat verpleeghuizen opnieuw op slot moeten. “Bij een pandemie is dat nooit helemaal uit te sluiten, maar we moeten alles op alles zetten om dat te voorkomen. En daarvoor is verbinding nodig. Tussen bestuurders en zorgprofessionals, maar óók tussen cure en care. We moeten af van de kolommen.”

Delen