Niets

Dokters hebben iets met niets. ‘Het onderzoek levert niets op.’ ‘U mankeert niets’. ‘Dit is niets om u zich zorgen over te maken.’ ‘Vitaminepillen helpen niets.’ ‘Die behandeling is niets waard’. ‘Deze ingreep stelt niets voor’. ‘Ik heb u niets meer te bieden’. Maar wat is er precies onderzocht, waar komen de klachten dán vandaan, waarom hebben anderen wél baat bij de betreffende behandeling, waarom leidde die simpele ingreep bij twee kennissen toch tot ernstige complicaties, wat moet ik als ú mij verder niet kunt helpen…

Wanneer men op de site van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde ‘niets’ als zoekwoord invoert, levert dat zo’n 50.000 treffers op. De Statenvertaling van de Bijbel komt tot slechts 233 verzen, waarin het woord ‘niets’ voorkomt. Volgens de Griekse filosoof Socrates (ca. 470/469 v. Chr. – 399 v. Chr.) is de enige wijsheid die echt telt het besef dat je níets weet. Maar hiermee moet je bij medici niet aankomen. Wanneer dokters het over ‘niets’ hebben, is bescheidenheid juist vaak ver te zoeken.

‘Wanneer dokters het over ‘niets’ hebben, is bescheidenheid vaak ver te zoeken’

Het verschil tussen een boute bewering, die met misplaatste stelligheid wordt gedaan, en datgene wat wellicht wordt beoogd om over te brengen, zit in de nuancering. Wanneer een arts angst wil wegnemen, zou hij/zij kunnen zeggen dat er – voor zover dit uit het onderzoek kan worden geconcludeerd – geen aanwijzingen zijn voor iets ernstigs. In veel huisartspraktijken wordt het C-reactief proteïne (CRP) bepaald, maar deze bepaling zegt louter iets over ontstekingsactiviteit. Veel andere aandoeningen worden hiermee niet uitgesloten.

Er bestaan talrijke lezenswaardige citaten, waarin niets aan bod komt. Die van Miles Davis (1926-1991) springt er wat mij betreft tussenuit: ‘Je kunt iemands karakter beoordelen aan de manier waarop hij mensen behandelt die niets voor hem kunnen doen.’ Drie decennia na het overlijden van deze Amerikaanse jazzcomponist en trompettist lijkt dit citaat steeds meer van toepassing op onze samenleving: het basisrespect jegens en de intrinsieke waarde van ieder mens hebben plaatsgemaakt voor een bepaling van de (vaak economische) waarde die iemand voor ons heeft. En die is vaak niets.

Net als dokters heb ook ik iets met niets maar wel op een andere wijze. Eén van mijn levensmotto’s luidt: ‘Ik geef om niets want niets is heilig’. Ofschoon het woord ‘niets’ er misschien om vraagt om negatief benaderd te worden als ‘niet iets’, gaat het toch ook om een existentieel ijkpunt. Volgens het Oudnoorse scheppingsverhaal ging het niets (Ginnungagap) vooraf aan de schepping van de kosmos. Dát ‘niets’ vormt wellicht nog steeds het decor van wezenlijke levensvragen.

Niet ver ten zuidoosten van Antwerpen bevindt zich in Duffel het gelijknamige Universitair Psychiatrisch Centrum. In het eerste decennium van deze eeuw wilde men op het terrein een stilteruimte, waarin patiënten, personeel en bezoekers zich konden terugtrekken. Op zoek naar een kunstenaar met affiniteit tot iets dergelijks kwam men uit bij Thierry De Cordier (1954). Deze schilder en beeldhouwer, die ook filosoof en schrijver is, ontwierp een strak gestileerde ruimte waarin leegte en stilte vorm krijgen. Het kleine bouwwerk kreeg als titel Kapel van het Niets (2007).

Delen