Noors winteravontuur

Met de eigen auto naar Noorwegen voor een weekje skiën is meer dan een wintersportvakantie. Het is vooral  een compleet winteravontuur, merkte reisjournalist Joris van Drooge. 

 

 

We varen in de vroege ochtend de Oslofjord binnen. Tijdens een ommetje over het bovendek bevriezen mijn douchenatte haren in enkele minuten tot een ijscoupe. Even later zien we dat sommige zijtakken van de fjord compleet zijn dichtgevroren. Geschaatst wordt er niet. Wel zijn er paden op het ijs aangelegd, waar Noren op wandelen en langlaufen; een welhaast surrealistisch gezicht. Zo brengt de comfortabele ‘cruiseferry’ (inclusief zwembaden, shoppinggalerij, theater en nachtclub) ons vanuit het Duitse Kiel in precies twintig uur naar een ander universum: winters Noorwegen.

Aan wal wordt het niet slechter. Wanneer we om tien uur ’s ochtends van het schip rijden, baadt de Noorse hoofdstad in een pril winterzonnetje. Maar binnen een halfuur hebben we de stad al verruild voor een spierwit landschap van rollende weilanden, uitgestrekte naaldwouden en bevroren meren. Hooguit onderbroken door een rode houten boerderij, en heel soms door een dorp of stadje. Aan het begin van de middag bereiken we onze bestemming: Hemsedal. Enkele decennia geleden nog een eenvoudig boerendorp, maar met dank aan enkele gunstig gesitueerde berghellingen tegenwoordig een van de grootste skigebieden van Scandinavië. Een gebied met moderne skiliften en knusse accommodatie rond de piste. Ook ons verblijf mag er zijn. Volgens de officiële benaming een hytte (letterlijk: hut), maar dat is eigenlijk een belediging.

Lees verder (pdf).

 

Delen