North Coast 500

De North Coast 500 rijgt de noordelijkste (en mooiste) wegen van Schotland aaneen tot een adembenemende autoroute langs ruige kusten en oeroude landschappen.

Tekst: Anne Wesseling | Beeld: NC500 en Shutterstock

Dat Schotland weids en uitgestrekt is, is wel bekend. Net als het feit dat de smalle kustwegen in het noorden vaak adembenemend mooi zijn. Minder bekend is dat de Schotten sinds kort hun eigen ‘Route 66’ hebben: de North Coast 500, een nieuwe bewegwijzerde kustroute van ruim 800 kilometer langs de randen van Schotland. De route werd uitgezet en gelanceerd in 2015 en sprak direct zó tot de verbeelding dat hij datzelfde jaar al de boeken inging als een van de mooiste kustroutes ter wereld.

Motorrijders glimmen van plezier en fietsers vinden het niet erg wanneer ze af en toe natregenen

En terecht. Het is een route voor wie houdt van landschappen waar geen mens aan te pas is gekomen. Vanaf het officiële startpunt, het kasteel van Inverness, leidt de tocht in tachtig snelle kilometers naar de westkust van Schotland. Daar begint vervolgens ‘het echte werk’, want vanaf hier voert de North Coast 500 via kleine wegen, zo dicht mogelijk langs de kust, richting het uiterste noorden. Het door groene heuvels slingerende kustweggetje van Lochinver naar Unapool is ronduit lieflijk. Een paar uur rijden verder hebben gletsjers ooit alle poespas van de rotsen afgeschraapt, tot de oudste gesteenten aan de oppervlakte kwamen.

Motorrijders glimmen van plezier (‘mooiste route ooit!’) en fietsers vinden het niet erg wanneer ze af en toe natregenen. Dit is immers Schotland. De automobilist prijst zich helemaal gelukkig, want die zit lekker droog en gaat pas een stuk wandelen als de zon het landschap letterlijk weer laat schitteren.

Klik op de afbeelding voor meer foto’s

Maar de mensen die langs de route wonen en werken, zijn waarschijnlijk nog het meest in hun nopjes. Was dit voorheen een krimpregio, nu is er weer groei. Dankzij de populariteit van de North Coast 500 groeide het toerisme met 25 procent – en dat is een voorzichtige schatting. “Dankzij de NC500 konden we deze oude bakkerij kopen en verbouwen tot B&B”, zeggen Colin en Heather van The Old Bakery in Lonchinver. “Nu het economisch beter gaat, blijven mensen hier wonen. Het basisschooltje in het dorp blijft open. Er is weer een toekomst hier.”

Plek genoeg

Dat de NC500-route zo veel bezoekers trekt, heeft iets ironisch, want de meeste toeristen willen de uitgestrekte leegte natuurlijk het liefst voor zichzelf houden. Aan de andere kant: de toename is relatief en de Schotse hooglanden zuigen toeristen op als een spons. “Sla een zijweg in en je ziet meteen niemand meer”, zeggen Walter en Sheona bij het informatiepunt in John O’Groats, op het noordoostelijkste punt van Schotland. En inderdaad, want zelfs bij dit meest toeristische punt van de hele NC500 is een korte wandeling langs de kliffen voldoende om een verlaten strand te vinden. Het schelpenstrandje bijvoorbeeld dat de vindplaats is van de groatie buckies, de kleine, glanzende huisjes van de porseleinslak die hier bekendstaan als geluksschelpjes.

Wereldstad

Wie na zo veel natuur toe is aan wat cultuur, vindt onderweg diverse kastelen en het Gairloch Heritage Museum bijvoorbeeld, of het Balnakeil Craft Village in Durness, een verzameling galeries met werk van lokale kunstenaars.

Het havenstadje Wick, op ruim driekwart van de route, voelt met z’n krap achtduizend inwoners als een wereldstad. Hier begint de bewoonde wereld weer. De NC500-route voert nu langs de oostkust in een vrijwel rechte lijn naar Inverness. Het landschap is er weliswaar minder spectaculair dan aan de west- en noordkust, maar heeft ook onverwachte ontmoetingen in petto: zodra we even langs het strand lopen, zien we tien meter uit de kust plotseling een zeehond die ons nieuwsgierig bekijkt. Het zijn dit soort momenten waaraan je, bij het terugvinden van die groatie buckie in een jaszak, weer even terugdenkt.

Zien en Doen

  • Bereikbaarheid: KLM Cityhopper vliegt naar Inverness, huur daar een auto of reis per eigen auto met DFDS vanuit IJmuiden naar Newcastle (dan is het nog circa 450 kilometer naar Inverness).
  • Beste reistijd: juni t/m september (maar houd altijd rekening met wind en regen) of de overige maanden voor wie het niet ruig genoeg kan.
  • Hoe lang? De route is in een dag of vier prima te rijden, maar langer is leuker, dan is er ook tijd voor bijvoorbeeld een dagtocht naar de Orkney’s (per ferry vanuit John O’Groats, jogferry.co.uk).
  • Tip: boek accommodaties ruim van tevoren, zeker in de zomermaanden.
  • Reisgids: The North Coast 500 Guidebook van Charles Tait of de Rough Guide to the North Coast 500 (ook als ebook).
  • Praktische informatie: northcoast500.com

Delen