Ode aan Parijs
Parijs is nog altijd dé stad van de liefde en van de muziek. Journalist Marie-Claire Melzer, die er vaak is geweest en er ook een tijdje heeft gewoond, zette haar herinneringen aan de Lichtstad op papier.
Tekst: Marie-Claire Melzer
Foto: Jurjen Drenth
Het tv-programma Chansons! van Matthijs van Nieuwkerk en Rob Kemps bracht bij mij vele, mooie herinneringen aan Parijs naar boven. De allereerste keer dat ik in Parijs kwam, was als tiener. Met een vriendin nam ik de trein en we logeerden in het goedkoopste hotelletje dat we konden vinden. De gemeenschappelijke badkamer aan het eind van de gang bleek in verbouwing, waardoor we ons een week niet konden wassen en vanzelf tot een soort clochards transformeerden.
Als fanatieke Doors-fans gingen we natuurlijk naar het graf van Jim Morrison op de Cimetière de Père-Lachaise (16 Rue de Repos, 20e arrondissement). Het was februari en ijskoud. In lange, zwarte capes en gewapend met een cassetterecordertje met Doors-muziek togen we naar het graf, dat eigenlijk een beetje tegenviel. Jim Morrison was vooral erg dood, beseften we opeens. Maar op een zonnige dag kun je natuurlijk fijn wandelen op Père-Lachaise, en de graven bezoeken van vele beroemde chansonniers als Gilbert Bécaud, Yves Montand en Édith Piaf.
Later maakte ik meer geciviliseerde tripjes naar Parijs met mijn familie. Met mijn stijlvolle zus ontdekte ik de eigenzinnige boetiekjes in de historische wijk Le Marais (4e arrondissement). En ook dat je in deze buurt goddelijke falafel kunt eten. Met mijn vader dronk ik in café Les Deux Magots (6 Place Saint-Germain-des-Prés, 6e arrondissement) een glaasje op mijn besluit om me verder te bekwamen in de journalistiek. Een toepasselijke plek, vond ik, want Les Deux Magots was in de hoogtijdagen van het existentialisme de stamkroeg van het schrijversechtpaar Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir en hun beroemde vrienden. We hielden het overigens bij één drankje, want het café is behoorlijk prijzig geworden, maar het interieur is nog vrijwel intact en het is de moeite waard om er even de sfeer te proeven.
Foto: Shutterstock
Paris s’éveille
Sartre was een jazzfanaat en met de bevriende schrijver-trompettist Boris Vian zakte hij vaak nog af naar de jazzkelders rond Place Dauphine (1e arrondissement) dat Jacques Dutronc zo mooi bezingt in zijn hit Il est cinq heures, Paris s’éveille. De meeste jazzclubs van toen zijn verdwenen. Wel is er sinds 2001 het jaarlijkse Festival Jazz à Saint-Germain-des-Prés dat dit jaar van 16 tot en met 21 mei plaatsvindt.
Weer een aantal jaren later en inmiddels journalist, besloot ik, ook in een poging me eens los te maken van mijn bindingsachtige geliefde, om voor een half jaar naar Parijs te gaan. Ik betrok een minuscule, maar charmante studio in Saint-Germain-des-Prés dat vanuit het dakraam nét uitzicht bood op de Eiffeltoren en de Sacré-Coeur. Vrienden en familie kwamen langs en we maakten vele wandelingen door de stad.
Een vriendin nam me mee naar het schitterende Cafe de l’Industrie (16 Rue St. Sabin, 11e arrondissement). De inrichting is een mix van trendy, industriële meubels met negentiende- eeuwse foto’s en koloniale objecten aan de muur, waardoor je bijna verwacht dat de dichter Rimbaud elk moment kan binnenstappen. In hetzelfde arrondissement is ook het Musée Édith Piaf (5 Rue Crespin du Gast, 11e arrondissement). Met een andere vriendin wandelde ik door de trendy buurt Belleville (20e arrondissement), waar je veel leuke winkeltjes en Aziatische eettentjes vindt.
En… ook mijn geliefde kwam regelmatig langs, en de liefde bloeide weer op. We flaneerden langs de Seine, dronken cocktails in de barretjes bij de Rue Mouffetard en genoten van een heerlijk ontbijt met eieren en vers fruit in Le Marais. Natuurlijk bezochten we het huis van onze favoriete chansonnier Serge Gainsbourg op 5 bis Rue de Verneuil (6e arrondissement), inmiddels een bedevaartsoord voor fans met kleurrijke graffiti op de muren. Het huis was toen nog niet toegankelijk voor publiek, maar daar moet binnenkort verandering in komen, want dochter Charlotte Gainsbourg is bezig er een museum van te maken. Aan de overkant, op nummer 14, komt een informatiecentrum en bar-restaurant in Gainsbourg-stijl. De opening is gepland voor later dit voorjaar.
Foto: Jurjen Drenth
En we wandelden door Montmartre, dat zijn dorpse karakter goeddeels heeft weten te behouden. Er is zelfs nog een wijngaard. Voor de liefhebber is er het Maison de Dalida (11B Rue d’Orchampt, 18e arrondissement). Aan de Rue des Abesses bevinden zich talloze leuke bars waar ook Parijzenaars komen. En op 14 Place de Clichy zit Brasserie Wepler (18e arrondissement), dat ik ooit met mijn vader ontdekte, en sindsdien ons favoriete restaurant in Parijs is. Het is echt zo’n Franse brasserie waar ze niet alleen oesters en kreeft serveren, maar ook eenvoudige schotels.
Met de liefde kwam het goed; inmiddels zijn we heel wat jaren en een prachtige zoon
verder…
Om te luisteren:
L’Ascenseur pour l’échafaud, Miles Davis, 1958; Du jazz dans le ravin, Serge Gainsbourg, 1996 (compilatie van jazzliedjes en chansons uit de jaren vijftig en zestig).
Leuke adressen door heel Parijs
- In het 6e arrondissement: Café Les Deux Magots, 6 Place Saint-Germain-des-Prés; Festival Jazz a Saint-Germain-des-Prés, 16 t/m 21 mei 2022, diverse locaties; Maison de Serge Gainsbourg, 5 bis Rue de Verneuil en Musée de Serge Gainsbourg, 14 Rue de Verneuil; Jardin du Luxembourg, een van de mooiste parken van Parijs.
- In het 11e arrondissement: Café de l’Industrie, 16 Rue Saint Sabin. Prachtig interieur, goed eten; Musée Édith Piaf, 5 Rue Crespin du Gast. Alleen op afspraak, ma t/m do.
- In het 18e arrondissement: Brasserie Wepler, 14 Place de Clichy.
Lezersarrangement
Speciaal voor lezers van Arts en Auto stelde AmbianceTravel een vierdaags arrangement samen met muziek als rode draad. U verblijft drie nachten in het viersterren Terrass hotel in Montmartre. Tevens zijn een vijfgangendiner in een Michelin-restaurant en een Chansons!-stadswandeling plus het gelijknamige boek inbegrepen. Meer info: zie vvaa.nl/ledenvoordeel.