Op weg naar sjoemelzorg?

Ruim veertig jaar publiceer ik en dat is twee keer zolang als mijn loopbaan als huisarts. Als dokter moet je stevig op je tellen passen, maar als auteur van non-fictie eveneens. Wanneer ik als arts-publicist de goede naam van ‘ons medisch bedrijf’ in diskrediet breng, kunt u mij zowel bij het Tuchtcollege als de Raad voor de Journalistiek aanklagen. Dat is mij gelukkig nog nooit overkomen maar er is wel mee gedreigd, onder meer door de Inspectie voor Gezondheidszorg; ervaren inspecteurs weten precies hoe je ongestraft kunt dreigen: in telefoongesprekken waarvan geen notities worden gemaakt!

Telkens wanneer het over bezuinigingen in de zorg gaat, begint het bij mij te kriebelen. Uit eigen ervaring, onderzoek en betrouwbare bronnen weet ik veel over de zorgsector wat het daglicht beslist niet verdraagt. Ik durf daarover niet te publiceren om twee redenen: 1) ik heb geen zicht op de omvang waarin zich iets voordoet; bij voorbaat weet je dan dat elk signaal over iets wat niet klopt wordt afgedaan als ‘incident’; en 2) behalve wanneer het om eigen ervaring en onderzoek gaat, beschik ik zelden over bewijsstukken.

Er is nog een derde, trieste reden die een aparte vermelding verdient: over wantoestanden kun je pas spreken wanneer vast staat wat wel of niet is geoorloofd; in de zorg kan echter onder de noemer ‘creatief omgaan met woorden en cijfers’ naar hartelust worden gesjoemeld. Omdat tenslotte het regelmonster wanstaltige proporties heeft gekregen en de zorgautoriteit lijkt te falen, zijn goed en slecht relatieve begrippen geworden. Ik ken een ziekenhuis waar bewúst wordt gemanipuleerd met cijfers – misschien zijn het er veel meer – maar wat zou het in een ondeugdelijk systeem?

Een paar jaar geleden kreeg ik als chronisch patiënt ongevraagd een financiële tegemoetkoming ter compensatie van mijn zorgkosten. In mijn directe omgeving wordt naar mijn gevoel normale zorg van kinderen voor ouders eveneens ongevraagd met geld beloond. Natuurlijk is het fijn om zomaar geld te krijgen, maar in beide situaties ontbreekt de strikte noodzaak. Het blijkt echter onmogelijk om vat te krijgen op instanties, die deze bedragen uitkeren. Meer dan eens heb ik mij in andere situaties, waarbij het eveneens om geld ging, gewend tot de Nederlandse Zorgautoriteit, maar tevergeefs: je stuit op de combinatie van bereidwilligheid om te luisteren maar onwelwillendheid om te handelen. Dit effent de weg naar sjoemelzorg.

Het systeem corrumpeert dokters. Al langer is bekend dat het medisch beleid bij een aantal aandoeningen – wel of geen operatie – mede wordt bepaald door de locatie van het ziekenhuis. Maar vraag mij niet wat hiermee wordt gedaan, want in de loop van de jaren lijkt hierin weinig verandering te komen. Nu wordt het nog zotter. Slimme dokters weten welke diagnoses meer of minder geld in het laatje brengen. Verwijder een atheroom bij de mond en declareer het als correctie van het gelaat. “Wordt allemaal vergoed” zingen verzekeraars in koor. Oké. ik hou mijn mond. Maar nu schijnt plots de (waarschijnlijkheids)diagnose ‘pericarditis’ vaker gesteld te worden, terwijl de klachten van de patiënt veel meer duiden op een minder lucratieve aandoening. Zelfs wanneer de inspectie zichzelf zonder toestemming van wie dan ook toegang verschaft tot patiëntendossiers, komt men hier niet achter: laat een paar woorden uit de anamnese weg en je wekt inderdaad de schijn van een mogelijke pericarditis.

Ik schrijf niet graag over geld en zeker niet over dit soort zaken. Misschien heb ik geen recht van spreken. Maar zelfs wanneer het louter om incidenten zou gaan, zijn dit er te veel om te verzwijgen. Hopelijk bespaart u mij een klacht. Het zou mij trouwens niet verbazen wanneer u zelf hiervan meer weet.

Delen