Overlijdensrisicoverzekering

Deze zomer werd een financieel adviseur veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding, nadat hij een klant jarenlang niet had gewezen op de premiedaling van overlijdensrisicoverzekeringen. Voor VvAA reden om nog eens ‘scherp te kijken’ naar adviesgesprekken die met leden zijn gevoerd. Zo nodig worden leden nogmaals proactief benaderd.

Tekst: Martijn Reinink

De premies voor overlijdensrisicoverzekeringen (ORV) zijn de afgelopen jaren fors gedaald. Financieel adviseurs moeten hun klanten hier actief op wijzen, als onderdeel van de zorgplicht die zij hebben en die voorschrijft dat zij periodiek aandacht moeten besteden aan de verzekeringen waarover zij verzekerden adviseren.

Een financieel adviseur die dit jarenlang heeft verzuimd, werd afgelopen zomer door de Geschillencommissie van het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KiFiD) veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van ruim 3.200 euro aan een klant. Naar aanleiding van deze principe-uitspraak wijdde Kassa in oktober een item aan de ORV en de zorgplicht. Uit een enquête van het programma bleek dat 73 procent van de ondervraagde consumenten nog nooit iets van een adviseur had gehoord over de premiedaling.

Kijken of iets beter kan

Het roept de vraag op hoe VvAA, waar deze premie de laatste jaren ook flink is gedaald, omgaat met de zorgplicht. Melchior Spies, directeur verzekeringen bij VvAA, zegt: “We benaderen onze leden regelmatig. Telefonisch, maar ook meerdere malen schriftelijk als we ze niet kunnen bereiken. Sowieso spreken we ze één keer in de drie jaar om de verzekeringen en de persoonlijke situatie door te nemen om te kijken of er iets beter kan. En als bespaard kan worden op de premie voor de ORV, komt dat ook ter sprake.”

KiFiD-uitspraak voor VvAA  aanleiding om nog eens ‘scherp te kijken’ naar zorgplicht

De KiFiD-uitspraak is voor VvAA wel aanleiding om nog eens ‘scherp te kijken’ of dat in alle adviesgesprekken ook daadwerkelijk is gebeurd. “We kunnen niet van alle gesprekken die adviseurs met leden hebben gevoerd, terughalen of de ORV expliciet is besproken. Waar we dat niet met 100 procent zekerheid kunnen zeggen, benaderen we leden nogmaals.” Omdat het om duizenden leden gaat, zal niet iedereen de komende weken al gebeld worden. “Wie zich afvraagt of premie-besparing mogelijk is, mag natuurlijk altijd zelf contact opnemen*.”

Dat de premie gedaald is, betekent overigens niet per definitie dat er ook bespaard kan worden. Er zijn factoren, zoals de leeftijd die gestegen is of veranderingen in de gezondheidssituatie sinds het afsluiten van de ORV, die ervoor kunnen zorgen dat een nieuwe premie hoger uitvalt dan de huidige. Maar als blijkt dat iemand wel jarenlang te veel heeft betaald, kan diegene dan een vergoeding verwachten? “We bekijken alles individueel, maar we verwachten niet dat dit breed het geval zal zijn”, zegt Spies. “In de KiFiD-uitspraak gaat het om iemand die vele jaren niks van zijn adviseur had gehoord; wij spreken onze leden regelmatig.”

Delen