Pleisters plakken

De Kwaliteitsstandaard organisatie van wondzorg, die eerder dit jaar gepresenteerd werd, is duidelijk: als een wond na drie weken niet de verwachte genezingstendens vertoont, moet gespecialiseerde hulp worden ingeschakeld. Helaas staat dit uitgangspunt nog heel ver af van hoe het in de dagelijkse praktijk gesteld is met wondzorg. De weg naar gespecialiseerde hulp duurt nu namelijk gemiddeld 32 weken.

Want hoe gaat het: de huisarts ziet niet zo veel wondpatiënten in zijn praktijk en zal een patiënt verwijzen naar de thuiszorg. Die probeert een wondproduct uit. Dat werkt niet, dus dan wordt een tweede geprobeerd. Zo gaat het een tijdje door. Naar onderliggend lijden (denk aan vaatproblemen) wordt niet gekeken, hoewel die natuurlijk wel verklaren waarom de wond niet geneest maar juist de kans krijgt om zich te ontwikkelen tot een complexe wond.

Hoe anders het kan, zien we nu in twee berichten die in een week tijd verschijnen. Eerst vanuit huisartsencentrum Dokkum en zes dagen later vanuit Groene Hart Gouda. In beide gevallen is de kern multidisciplinaire samenwerking op basis van het besef dat de patiënt betere zorg verdient dan hij op dat moment krijgt. Wie bedenkt dat 2 procent van de Nederlanders (350.000 mensen dus) een wond heeft die niet naar verwachting geneest, begrijpt hoe belangrijk dit besef is. We hebben het hier – afgezien van het persoonlijk en vermijdbaar leed voor de patiënt – over heel veel geld.

Hopelijk volgt nu ook meteen de logische vervolgstap: onderzoek naar de meerwaarde van de vele producten die in de wondbehandeling worden gebruikt.

Delen