Praktijkovername in 10 stappen

Het praktijkhouderschap kan nog steeds aantrekkelijk zijn voor jonge zorgprofessionals, betoogt Erik van Dam. “Mits zij goed worden ondersteund.” De VvAA-adviseur presenteert een 10-stappenplan voor praktijkovername.

Als zzp’er verdienen ze vaak een goede boterham, lopen ze beperkt risico’s en hebben ze de vrijheid om te bepalen hoeveel en wanneer ze werken. Bovendien hebben ze geen gedoe met personeel én geen bergen administratie. Waarom zouden jonge zorgprofessionals nog praktijkhouder willen worden?

“Juist als praktijkhouder heb je vrijheid”, zegt VvAA-adviseur Erik van Dam. “Dan bepaal je zelf hoe je de praktijk, je werk en de zorg inricht. Daarbij zijn er allerlei mogelijkheden om dat wat je minder leuk vindt uit te besteden of te verdelen binnen de praktijk. Ik zeg niet dat elke zorgverlener praktijkhouder moet worden. Het moet je wel echt liggen. Maar laat je niet afschrikken door het geklaag en de negatieve teneur. Onderzoek zélf of en op welke manier het praktijkhouderschap bij je past.” 

Als het starten van een eigen praktijk begint te kriebelen, komt dit 10-stappenplan mogelijk van pas. “In werkelijkheid kunnen stappen deels parallel lopen of zich al eerder aandienen”, zegt Van Dam. “Bovendien is de invulling afhankelijk van de specifieke situatie, maar het stappenplan heeft zich in de praktijk bewezen als een goed houvast.”

1 – Inventariseren eigen wensen

Wat voor een zorgprofessional ben je? Waar ben je goed in? Waar word je gelukkig van? En hoe vertaalt dat zich naar de eisen die je stelt aan een praktijk? Breng dat eerst goed in kaart. 

2- Bepalen moment

Dan is het zaak een globale tijdsplanning te maken. Hoeveel tijd heb je nodig om voor jezelf te beginnen? Welke elementen bepalen dat? 

3 – Starten met starten

Vervolgens stel je een plan van aanpak op. Hoe zoek je naar een praktijk en welke ondersteuning heb je nodig? Denk aan een (overname)adviseur, de bank, een accountant, maar ook aan collega’s, familie en vrienden.

4 – Selecteren praktijk

Je kunt een nulpraktijk – zonder patiënten – beginnen. Dan heb je veel vrijheidsgraden, maar moet je ook alles zelf regelen. Van huisvesting tot personeel. Je kunt ook associëren in een bestaande praktijk. Dan hoef je weinig te regelen, maar heb je ook relatief weinig vrijheidsgraden. Een praktijkovername zit daar tussenin. Patiënten, personeel, een eventueel huurcontract worden dan overgenomen, maar er is ook ruimte voor eigen invulling. Gaat daar de voorkeur naar uit, ga dan op zoek naar geschikte praktijken. 

5 – Verdiepen in praktijk

Verdiep je in praktijken die je geschikt acht. Heeft een praktijk alles op orde? De Wkkgz-verplichting goed ingevuld? Zijn er contracten die kunnen worden overgenomen? Kan de praktijk op dezelfde locatie worden voortgezet? Hoe loyaal is eventueel personeel? Wat zijn de personeelsrisico’s? Neem de tijd voor deze stap. Praat met medewerkers en werk als het mogelijk is een tijdje mee in de praktijk. Dan krijg je echt een goed beeld en ontstaat er vertrouwdheid: een goede uitgangspositie voor een optimale match. 

6 – Onderhandelen 

Bij het onderhandelen staat de waarde van de praktijk centraal, inclusief eventuele inventaris, huisvestingsaspecten en overnamecondities. 

7 – Overnemen

Als je rond bent met de overdragende praktijkhouder moet een en ander geformaliseerd worden. Denk hierbij onder meer aan de juridische structuur en mogelijke maatschapscontracten.

8 – In- en overschrijven

Er moeten ook allerlei zaken worden in- en overgeschreven, zoals de KvK-inschrijving en de AGB-code. 

9 – Communiceren met patiënt

Wanneer de overname een feit is, is het belangrijk je te introduceren in je nieuwe omgeving. Daarmee leg je de basis voor toekomstige relaties met patiënten en andere stakeholders. 

10 – Afhechten vorige fase 

Tot slot is het van belang tijdig en op gepaste wijze patiënten en andere stakeholders uit je vorige werkkring te informeren over je vertrek.

Delen