Rafelig

Ik weet niet hoe het u vergaat, maar als ik zo aan het begin van dit nieuwe jaar naar de wereld in zijn algemeenheid kijk en naar onze gezondheidszorg in het bijzonder, word ik niet vrolijk.

De Oekraïense vluchtelingen die in maart vorig jaar bij een vriend van ons introkken, zijn nog altijd niet terug naar huis, in Iran worden demonstranten bij wijze van afschrikking ter dood veroordeeld en in westerse democratieën slaan verhitte geesten elkaar verbaal (en soms letterlijk) de hersens in tegen een achtergrond van diverse crises.

Als het hier een keer glad is, terwijl ook het RS-virus opspeelt (zoals vorige maand), loopt de telefonische wachttijd bij de huisartsenposten op tot boven het uur en rijden huisartsen op 112-oproepen omdat er geen ambulances beschikbaar zijn. Daarnaast moeten we er kennelijk aan gaan wennen dat ons levenseinde ‘rafelig’ zal zijn, want hoewel de vergrijzing nog een hoogtepunt moet bereiken, zijn er nu al niet genoeg handen en plaatsen in zorginstellingen.

Zelfs een van nature optimistisch type als ondergetekende heeft moeite nog ergens een lichtpuntje te zien. En toch zijn die er.

‘Mensen met het hart op de goede plaats kunnen en zullen het verschil maken’

Mijn moeder is behalve dement ook ernstig ziek en wordt al zes weken op bed verpleegd in haar studio in de kleinschalig woonvorm waar ze verblijft. Op zich geen lichtpuntje natuurlijk; zo’n langdurig ziekbed. Maar wat wel fantastisch is, is de aandacht en zorg waarmee ze wordt omringd door het interne thuiszorgteam dat in het huis verantwoordelijk is voor de zorg en dat ook steeds oog heeft voor ons als familieleden.

Natuurlijk is het langgerekte levenseinde van onze moeder uiterst verdrietig, maar niet omdat het haar ontbreekt aan aandacht en zorg. Huisarts en thuiszorgteam doen er alles aan om voor zoveel mogelijk comfort te zorgen, en hoewel heus niet alles perfect verloopt, voelen wij ons door hen gehoord, gezien én gedragen. Het maakt dat ik te midden van alle ellende op de wereld toch lichtpuntjes zie voor de toekomst.

Een toekomst die ongetwijfeld rafelig zal zijn, maar waarin mensen met het hart op de goede plaats toch steeds het verschil kunnen en zullen maken. Zoals het thuiszorgteam voor onze moeder en zoals onze vriend voor de vluchtelingen in zijn huis.

Delen