Rekenwerk

Wordt 2020 het jaar van het grote overstappen naar een andere zorgverzekeraar? Die vraag klinkt natuurlijk nu de zorgpremies van de zorgverzekeraars bekend zijn geworden en zo veel beweging laten zien. Op het eerste gezicht positieve beweging: premies (voor de naturaverzekering) die amper stijgen of zelfs iets dalen. Maar dit goede nieuws werd meteen gedempt door de toevoeging dat de zorgverzekeraars van het ministerie van VWS nog maar 5 procent collectiviteitskorting mogen bieden in plaats van de tot nu toe geldende 10 procent. En daardoor gaan de maandpremies voor iedereen die bij een collectief is aangesloten toch weer enkele euro’s omhoog.

Rekenen geblazen dus, zeker voor iedereen die bij een collectief is aangesloten. Heeft het zin om daarbij te blijven, of is het slimmer om dat collectief los te laten en over te stappen naar een naturapolis die onder de streep tot een lagere maandpremie leidt? Gelet op de toch beperkte variatie in maandpremies zal dit overigens niet heel veel opleveren.

Heeft het zin om over te stappen naar een nieuwe zorgpolis?

Interessanter wordt het om te kijken naar het premieverschil tussen de natura- en restitutiepolissen. Het verschil tussen die twee kan – over de verschillende polissen heen bekeken – oplopen tot zo’n vijftien euro per maand. Voor wie het zich kan veroorloven zal dat verschil niet uitmaken. Maar voor wie meer op zijn uitgaven moet letten, kan het een overweging zijn om nog eens na te denken over het belang dat hij hecht aan vrije artsenkeuze. Van Dirk Jan Sloots, de financiële topman van Menzis, mogen best wat minder mensen kiezen voor een restitutiepolis. Een naturapolis voor gecontracteerde zorg biedt de zorgverzekeraar immers meer middelen om te sturen. Iets waarover heel veel mensen een mening hebben, maar het was natuurlijk wel een van de bedoelingen van ons huidige zorgstelsel.

Delen