Schimmige handel

Twee Amsterdamse apotheken verkopen stofmaskers van een bouwmarkt als medische mondkapjes. En wat zegt een medewerker van een van de apotheken: “Omdat hier hele bussen met Chinezen binnenkwamen in januari. Die wilden allemaal graag een masker hebben. We hebben toen geprobeerd overal maskers vandaan te halen. Niet omdat het onze ’core business’ is, maar gewoon omdat wij dachten: ’nou, zij willen graag een masker’. Het is een soort schijnveiligheid. Als ze het willen, dan hebben wij het.”

Wat gaat hier mis? Te veel om op te noemen eigenlijk. Dat deze apotheken de openbare farmacie in Nederland een slechte naam bezorgen bijvoorbeeld. Dat een apotheek iets anders hoort te zijn dan een winkel die producten verkoopt die niet tot haar ‘core business’ – moet ik het nog uitleggen: zorg – behoren. Dat openbare apotheken zich dienen te positioneren als dienstverleners met gerichte inhoudelijke kennis en niet als dozenschuivers. Dat je van medewerkers van een apotheek mag verwachten dat ze niet liegen (volgens de bedrijfsleider die voor het bericht is gesproken beschermen de maskers wel degelijk tegen virusdruppeltjes in de lucht). Dat het niet zo slim is om als apotheek toe te geven dat je iets verkoopt dat schijnveiligheid biedt. Vertrouw je zo’n apotheek nog als je daar uitleg krijgt over een geneesmiddel? En zo kunnen we nog even doorgaan.

‘Waar is je waardigheid als apotheker als je dit doet?’

Op Twitter vraagt ziekenhuisapotheker Hans Tenk zich af: “Waar is je waardigheid als apotheker als je dit doet?”. Een terechte vraag bij dergelijk laakbaar gedrag. De Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd heeft wel wat beters te doen dan controleren of zorgprofessionals hun mondkapjes wel correct gebruiken schreef ik afgelopen woensdag. Hier zou ze wél mogen optreden. De KNMP ook.