‘Specialist, laat je stem horen’
De Federatie Medisch Specialisten kan met een grote achterban een sterk geluid laten horen. Volgens vicevoorzitter Huib Cense moeten specialisten zich bemoeien met de organisatie van het ziekenhuis.
Tekst: Andrea Linschoten
Sinds begin dit jaar is de Orde van Medisch Specialisten omgevormd tot Federatie Medisch Specialisten. Vicevoorzitter Huib Cense (45) legt uit waarom die hervorming nodig was. “Het was de wens om de belangen van medisch specialisten te bundelen, op het gebied van opleiding, wetenschap en kwaliteit. Bij de Orde was iedere medisch specialist individueel lid. Nu zijn alle wetenschappelijke verenigingen aangesloten bij de Federatie. Dat betekent dat we één geluid kunnen laten horen namens een achterban van twintigduizend medisch specialisten.”
De Federatie bestaat naast bestuur en directie uit drie raden: voor kwaliteit, beroepsbelangen en opleiding. In oprichting is een raad voor wetenschap. In de raden maken de wetenschappelijke verenigingen gezamenlijk beleid over de medisch-specialistische zorg.
‘Het is mede onze verantwoordelijkheid dat de kwaliteit van zorg op elk niveau goed geregeld is’
Cense, die vier dagen per week als chirurg werkt in het Rode Kruis Ziekenhuis in Beverwijk en in Medisch Centrum Alkmaar, legt uit waarom hij het zo belangrijk vindt dat medisch specialisten een sterke stem kunnen laten horen. “Als arts is het mijn eerste verantwoordelijkheid om mensen beter te maken. Maar ik merk het direct op de werkvloer, zelfs tot in de OK, als zaken niet goed geregeld zijn. Daarom moeten medisch specialisten zich bemoeien met de organisatie in het ziekenhuis. Maar ook regionaal moeten ze hun stem laten horen. Denk aan de organisatie van spoedeisende hulp of het op-zetten van een oncologisch netwerk. Op landelijk niveau tot slot, willen we dat medisch specialisten invloed uitoefenen op het ministerie en de Kamer. Het is mede onze verantwoordelijkheid dat de kwaliteit van zorg op elk niveau goed geregeld is.
Cense was stafvoorzitter van het Rode Kruis Ziekenhuis toen dat zich financieel in roerige tijden bevond. “De kwaliteit van zorg was uitstekend, maar financieel hadden we het moeilijk. Dat was een enorme klap. Ik realiseerde me toen dat ik me ermee moest gaan bemoeien. Financiële keuzes hebben een enorme impact op de praktijk, dus op de kwaliteit van zorg. Dat kun je niet los van elkaar zien.”
Bij de Federatie gaat Cense zich buigen over de vraag hoe het werk van medisch specialisten leuk kan blijven. “Artsen hebben last van regelgeving vanuit de overheid en druk vanuit de zorgverzekeraar. Die staan goede zorg en het contact met de patiënt soms in de weg. Maar we moeten ons niet laten regeren, artsen moeten hierop zelf actie ondernemen.” Volgens Cense is het prima mogelijk om de patiënt als uitgangspunt te nemen en toch kosten te besparen. “Als je de zorg lean organiseert rondom de patiënt, moeten er misschien wel wat heilige huisjes om bij medisch specialisten, zoals de toegang tot de verschillende agenda’s. Dan kun je de patiënt door het oerwoud van het ziekenhuis heen loodsen. Goede zorg is in mijn ogen zorg waar samen met de patiënt voor is gekozen. Goede kwaliteit van zorg kent weinig complicaties, waardoor er minder mensen en minder middelen nodig zijn. Daardoor krijg je dus goedkopere zorg.” Natuurlijk is de roep om transparantie terecht, stelt Cense. Medisch specialisten moeten hun werk inzichtelijk maken. “Maar nu heb je hele teams nodig om alle lijsten en scores bij te houden. Dat moet toch slimmer kunnen.”
De combi van besturen – en invloed uitoefenen – en werken als medisch specialist, bevalt Cense goed. “Iemand beter maken geeft zo veel voldoening, dat is toch de kern van wat we doen. Dat hebben alle artsen gemeen. We hebben een mooi vak.”
