Uitlaatklep – vogelspotten

In ‘Uitlaatklep’ vertellen collega’s op welke (bijzondere) manier zij even stoom afblazen en loskomen van de hectiek van alledag. In deze aflevering: Renée den Haring, verpleegkundig specialist in het Oncologie Centrum van het Spaarne Gasthuis.

Tekst: Martijn Reinink Beeld: De Beeldredaktie/Sebastiaan Rozendaal

Renée den Haring (60) vindt het best lastig om haar werk los te laten. “Er is altijd wel een patiënt die in de rugzak mee naar huis gaat. Als er iemand op sterven ligt, steek ik thuis een kaarsje aan.” Vaak gaat de verpleegkundig specialist na haar werk even in de tuin zitten. “Even aarden. Even luisteren naar de vogels. Klinkt misschien zweverig en dat ben ik echt niet, maar het helpt wel.” 

Van jongs af aan heeft ze al iets met vogels. “Als klein meisje werd ik al helemaal vrolijk als ik wakker werd van een merel, of een roodborstje hoorde zingen. Vriendinnen keken me verbaasd aan: waar luister je naar?”

Ruim dertig jaar geleden ging Den Haring voor het eerst een weekend met haar man naar Ameland. Sindsdien zijn ze verslingerd aan het eiland én aan de waddenvogels. “Als je van Holwerd langs de dijk naar de boot rijdt, dan hoor je de wulpen en de scholeksters al.” Het echtpaar gaat twee keer per jaar een langere periode naar Ameland en tussendoor ‘wippen ze ook weleens aan’. “Daar laad ik mijn batterij helemaal op.”

Verpleegkundig specialist Renée den Haring:
‘Als het om vogels gaat, heb ikeen fotografisch geheugen’

Het eerste wat de verpleegkundig specialist doet als ze op het eiland arriveert, is naar het wad fietsen, met verrekijker en vogelboekje. Al heeft ze dat boekje niet zo vaak meer nodig. “Ik ben geen professioneel vogelspotter hoor, maar als het om vogels gaat, heb ik wel een fotografisch geheugen.” Bij laag water vergaapt ze zich graag aan het gedrag van de lepelaar. Bij hoog water volgt ze de kiekendief in zijn zoektocht naar konijnen in de duinen. Haar favoriet is de eidereend. “Een prachtige vogel met zijn plat­lopende snavel, olijfgroene vlek achter de kop en lage, trompetachtige geluid.” En bovenaan haar to-spotlijstje staat de velduil. “Die is gezien op Ameland, maar ik heb het geluk nog niet gehad.”

Delen