Utrecht met andere ogen

Verspreid door Utrecht bevinden zich nog heel wat herinneringen aan de jugendstil, een kunststroming van rond de vorige eeuwwisseling. Wie de stad door een kunsthistorische bril bekijkt, ontdekt niet alleen markante gebouwen, maar ook prachtige details die normaliter over het hoofd worden gezien. 

Tekst: Aldwin Kroeze

Lijnmarkt 20
Foto: Aldwin Kroeze

De laatste tien jaar van de 19e eeuw steekt er een frisse wind op in het land der kunsten én kunstnijverheid. Als reactie op de neobouwstijlen ontstaan er wereldwijd bij kunstenaars, ontwerpers en architecten ideeën voor vormen die hun inspiratie ontlenen aan de natuur: van de glaskunst van Tiffany in Amerika en de houtbewerking van Prenzel in Australië, tot de flamboyante architectuur van Horta in Brussel of de juist meer geometrische ontwerpen van Mackintosh in Glasgow.

Ook in Nederland steekt deze frisse wind op, zij het meestal niet zo flamboyant. Zo kijkt ‘Den Haag’ naar de statige jugendstil van Wenen en gooit architect Berlage het over een soberder boeg met zijn Beursgebouw. Schuin tegenover dat gebouw aan het Damrak mag het architectenduo Kropholler en Staal, in opdracht van verzekeringsmaatschappij Utrecht Leven, een prachtig jugendstilpand neerzetten. De maatschappij zal in nog meer steden jugendstilpanden neerzetten. Zo kent ook Leeuwarden vandaag de dag nog een ‘De Utrecht’. 

In Utrecht krijgt architect Jan Verheul in 1902 de eer een waar jugendstilpaleis voor de verzekeringsmaatschappij te ontwerpen op de Leidsestraat, aan de gracht. Die gracht is er inmiddels niet meer, en die Leidsestraat heet nu Smakkelaarsveld. Verheuls jugendstilpaleis moet in 1974 helaas plaatsmaken voor winkelcentrum Hoog Catharijne.

Gelukkig zijn er onderdelen van het gebouw bewaard gebleven. Zo staan sinds begin 2020 twee draken van beeldhouwer Jan Diekman weer min of meer op hun oorspronkelijke plek, zij het zonder de wapenschilden die ze ooit in hun klauwen vasthielden. Ook staat op de hoek van Muziekcentrum Vredenburg nog de ‘Schele Maagd’ van Henri Scholtz; het is de verzekerings-engel met fakkel die ooit een nis in de hoek van het Utrechtse jugendstilpaleis sierde. 

Beroemde apotheek

Apotheek de Liefde
Foto: Aldwin Kroeze

Wie de engel de rug toedraait, ziet aan de overkant van het marktplein een van de jugendstilgebouwen van Utrecht die nog min of meer in hun totaliteit zijn bewaard. Het betreft een voormalig hotel, dat hier in 1904 werd neergezet door architect Rijk Rijksen. Het gebouw, een combinatie van lichte baksteen met grijze natuursteen, oogt als een sprookje, met ramen in hoefijzervorm en de voor Rijksen kenmerkende toevoeging van een dakkapelletje. Wie goed kijkt, kan rechts van de ingang nog de naam van de architect in het steen terugvinden. Boven die ingang een fantasiekop en daar weer boven in lijnreliëf een boot en een auto (in 1904 een knipoog naar dit voor deze tijd supermoderne detail). 

Voordat Rijk Rijksen in 1913 naar Surabaya vertrok, ontwierp hij nog meer panden voor de stad. Beroemd is de apotheek die hij in 1904 bij de Neude bouwde voor uitgever en ondernemer Johan de Liefde. Kenmerkend zijn het torentje en de enorme bogen over bijna de gehele breedte van het pand. Iets minder bekend, maar zeker de moeite waard, is een eveneens door Rijksen ontworpen pand op de hoek van de Bakkersstraat met de Lange Elisabethstraat (onder Utrechters bekend als het Siebel-gebouw). Wat hier opvalt, zijn de donkere delen en het gebruik van ijzerwerk; meer dan bij de andere twee gebouwen. 

Hier, hartje centrum, in de driehoek Steenweg, Zadelstraat en Lijnmarkt, valt tussen en boven de winkels veel moois te zien voor wie met andere ogen kijkt. Helaas zijn niet alle architectonische details overal goed bewaard gebleven. Het is vaak even speuren tussen de winkelpuien. Maar wie let op erkers, gebogen lijnen en tegeltableaus kan bijvoorbeeld bij de voormalige apotheek op Steenweg 65 aan de top van de gevel, boven de vensters, tegeltableaus met gestileerde dieren ontdekken. 

Of wat te denken van De Witte Ballons op de Lijnmarkt, een monumentaal pand met een mooie combinatie van materialen waar de sierlijkheid tot in detail is uitgedacht en uitgewerkt. 

Foto: Aldwin Kroeze

Smaakt dit naar meer? Wandel dan eens via Herenbrug of Abstederbrug richting Maliesingel en Maliebaan. Niet alleen zijn er ook in dat gebied diverse restanten of zelfs hele panden te vinden in jugendstil (onder andere Maliebaan 10), ook de bruggen zelf komen uit die periode. Ze zijn in opdracht van de Dienst Gemeentewerken onder directeur F.J. Nieuwenhuis tot stand gekomen. Bij de bruggen zijn vooral het smeedwerk en de lantaarns een lust voor het oog. Vergeet op deze route niet om meteen ook even langs de Nieuwegracht 87 te lopen, voor de façade van het Nicolai Wijkgebouw.

Niet lang na de jugendstilperiode omarmt de stad de vormentaal van de Amsterdamse School eveneens groots. Ook daar zijn nog prachtige voorbeelden van. Maar die bewaar ik voor graag voor een andere keer. 

Tip van de auteur

Soms maakte de jugendstil een exotisch uitstapje. Een prachtig voorbeeld hiervan in Utrecht bevindt zich op de Choorstraat 14. Let op de bijzondere raampartijen voor én achter (in pseudo-Moorse stijl) maar vergeet ook niet te kijken naar de entreepartij en hoe het hout tot in de puntjes is bewerkt. Het pand werd ooit ontworpen als woon- en winkelpand in opdracht van – jawel – Utrecht Leven en komt van de tekentafel van de architecten Kropholler en Staal, hetzelfde duo als van ‘De Utrecht’ in Leeuwarden en die van het jugendstilgebouw aan het Damrak in Amsterdam.

Lezersvoordeel

Tot 1 december kunnen VvAA-leden met korting deelnemen aan Jugendstilwandelingen door Utrecht, onder begeleiding van een kunsthistoricus van de Vrije Academie. Voor meer informatie, zie vvaa.nl/ledenvoordeel.

Delen