Voorbij het verpleeghuis

Wonen in een verpleeghuis heeft volgens Jos de Blok zijn langste tijd gehad. Dit is zeker in zoverre denkbaar dat het verpleeghuis mogelijk steeds meer zal toegroeien naar een soort hospice waar mensen nog slechts verblijven in de allerlaatste levensfase (waarbij meer moet worden gedacht in termen van weken dan maanden).

Dit maakt De Bloks initiatief Buurtwonen beslist interessant. Hij stelt terecht dat het aansluit bij het WOZO-programma. En het is ook in lijn met de stelling in het Integraal Zorgakkoord dat bij een hulpvraag meer moet worden gekeken naar de mogelijkheden en regie over het leven van het individu. Met andere woorden: eerst kijken wat iemand zelf kan, daaraan koppelen wat het netwerk kan bieden, en alleen voor wat dan nog overblijft kan professionele hulp worden ingeschakeld.

‘Eerst kijken wat iemand zelf kan’’

De opmerking van De Blok dat huisartsen er niet ineens heel veel nieuwe patiënten bij krijgen, leidde wel direct tot een Twitterreactie van Huisartsen Belangen: “Ik hoop dat het zorgkantoor wel oplet dat de medische zorg is geregeld voor deze complexe ouderenzorg vorm alvorens toestemming te geven. Zal niet de eerst organisatie zijn die achteraf bij de huisartsen komt voor de zorg omdat ze geen specialist ouderengeneeskunde kunnen krijgen.” Dat is inderdaad een punt van aandacht. Ook als het medisch model niet meer het uitgangspunt moet zijn – zoals De Blok het voorstaat – zal de vraag naar medische zorg wel blijven bestaan.

Een ander punt. De Blok stelt terecht dat buurtgenoten veel kunnen betekenen voor ouderen. Maar die ouderen moeten wel geholpen willen worden door buurtgenoten en dat is geen vanzelfsprekendheid. Het initiatief WeHelpen kan meepraten over vraagverlegenheid.

Delen