‘We staan aan dezelfde kant’
Aiossen in verweer tegen wantrouwen
Ze staan aan het begin van hun carrière als medisch specialist, maar kijken al verder dan hun eigen poli. Op woensdagavond 10 april 2019 organiseren vier aiossen het symposium Bouwen vanuit Vertrouwen. “Wij hopen een klein zaadje ‘bewustzijn’ te planten.”
Tekst: Martijn Reinink | Beeld: Nout Steenkamp
Van links naar rechts: Lenneke Schrier, Linda Boonstra, Charlotte Christiaansen, en Jill Mentink
Nog twee maanden, dan is de grote dag. Dan komen de aiossen weer bijeen in ’t Hart, het hoofdkantoor van VvAA, waar het symposium zal plaatsvinden. “De patiëntenfederatie komt ook”, klinkt het uitbundig als ze zich in een overlegruimte hebben verzameld. Het rijtje met organisaties die hun medewerking hebben toegezegd, wordt steeds langer. Onder anderen Ronnie van Diemen van de Inspectie, Ella Kalsbeek van de LHV, Huib Cense van de Federatie, Edin Hajder van De Jonge Specialist en Erik Gerritsen van het ministerie van VWS zullen acte de présence geven. Op de vraag hoe de aiossen deze ‘kopstukken’ hebben overtuigd, zegt Linda Boonstra: “Vertrouwen is de essentie van zorg, dat vindt iedereen belangrijk.” Misschien dat hun persoonlijke benadering en jeugdig enthousiasme ook een beetje hebben geholpen.
De organisatoren van het symposium hebben verschillende achtergronden. Linda Boonstra (29) is aios anesthesiologie in het Erasmus MC. Jill Mentink (30) wordt in hetzelfde ziekenhuis opgeleid tot longarts. Charlotte Christiaansen (32) is uroloog in opleiding in het Maastricht UMC+. Lenneke Schrier (39) heeft intussen haar opleiding tot kinderarts afgerond in het LUMC; nu is ze fellow kinderoncologie in het Prinses Máxima Centrum, Utrecht.
Op de werkvloer
Dat er sprake van wantrouwen is, merken de aiossen zelf ook op de werkvloer. Jill: “In de een-op-een-arts-patiëntrelatie is er doorgaans veel vertrouwen. Dat blijkt ook wel uit de metingen die het Nivel sinds 1997 doet: het maatschappelijk vertrouwen in huisartsen, medisch specialisten en zorginstellingen is stabiel gebleven. Wel zijn patiënten mondiger geworden. Ze vragen meer door. Dat op zich is geen teken van wantrouwen, maar in die vragen proef je soms wel wantrouwen in het totale systeem. Dat wordt bijvoorbeeld gevoed door ongewenst declaratiegedrag of tuchtzaken die breed in de media worden uitgemeten. Wat ook voor wantrouwen kan zorgen, is dat een patiënt andere medicatie van de apotheek krijgt dan ik heb voorgeschreven, omdat ik het voorkeursbeleid niet ken, of dat een patiënt onverwacht een deel van de medicatie zelf moet betalen.”
‘Er is veel cynisme in de zorg. Daar kun je in meegaan. Of je kunt proberen iets te veranderen’
Een andere belangrijke vorm van wantrouwen ervaren de aiossen in ‘het alles moeten registeren’. Linda: “Sommige dingen zijn zo standaard, dat je denkt: moet ik dit echt allemaal opschrijven? Ja, luidt het antwoord, doe het toch maar. Dan hebben we ons in elk geval ingedekt. Want wat niet is opgeschreven, is niet gebeurd.” Lenneke: “Alles op systeemniveau willen controleren, heeft niet alleen een negatief effect op het werkplezier, maar ook op de vertrouwensrelatie tussen patiënt en arts. Door de hoeveelheid administratie en registratie blijft er minder tijd over voor contact tussen patiënt en arts, terwijl juist dáár het vertrouwen ontstaat.”
Bemoedigende stappen
Met de beweging (Ont)Regel de Zorg wordt getracht de administratielast en regeldruk terug te dringen. “Er zijn al bemoedigende stappen gezet”, zegt Charlotte daarover. “Maar om weer terug te komen bij de essentie van zorg is een diepgaande cultuuromslag noodzakelijk. In plaats van te handelen uit wantrouwen moeten we nader tot elkaar komen en vertrouwen als uitgangspunt nemen. Wij hopen daar met het symposium een klein zaadje ‘bewustzijn’ voor te planten. Onze ambitie is het vertrouwen tussen patiënt, zorgprofessional, ziekenhuis, zorgverzekeraar, politiek en maatschappij te optimaliseren.” Dat klinkt bijzonder ambitieus; hoe haalbaar is dat? “Er is veel cynisme in de zorg. Daar kun je in meegaan. Of je kunt proberen iets te veranderen. We hopen dat het symposium een stap in de richting zal zijn om nader tot elkaar te komen. Door de dialoog aan te gaan en visies te delen, kunnen we weer gaan bouwen aan vertrouwen.”