‘Ik wil nog wel even door’

Cabaretier en columnist Youp van ’t Hek was de laatste jaren geregeld wereldnieuws in Nederland vanwege gezondheidsperikelen. Arts en Auto was benieuwd naar zijn ervaringen met de zorg en zocht hem op in Rotterdam, in het Oude Luxortheater waar hij in november zijn show Met de kennis van nu speelde: “Met allerlei angstfantasieën schiet je niks op.”

Tekst: Wout de Bruijne | Beeld: Nout Steenkamp

De artsen en verpleegkundigen waar ik mee te maken had, waren allemaal even aardig. Ik zag geen verschil tussen OLVG, AMC of Erasmus MC, maar ik was er ook niet zo lang. Er werd overal goed voor me gezorgd.” Heel veel meer over zijn ervaringen met de gezondheidszorg lijkt cabaretier Youp van ’t Hek (65) niet te kunnen of willen zeggen. Jammer, we waren wel benieuwd naar verschillen tussen de ziekenhuizen, omdat hij door een zware hartoperatie in 2015 in Amsterdam en de recente, kortere, opname in Rotterdam tenslotte toch iets van een ‘ervaringsdeskundige’ is. Maar Van ’t Hek lijkt niet zo veel zin te hebben in de zorg als gespreksonderwerp. Misschien heeft hij sowieso niet al te veel trek in een interviewtje, zijn antwoorden zijn kort en hij lijkt stug. 

Als dat inderdaad zo is, zou dat kunnen zijn omdat Van ’t Hek en chauffeur aan het eind van de middag op weg naar onze gesprekslocatie – het Oude Luxortheater hartje Rotterdam – in een flinke verkeerschaos zijn beland en bijna een half uur later dan gepland arriveren. Maar misschien komt het nog veel meer omdat er weer zo’n journalist tegenover hem zit. Zo’n lid van het journaille dat je vrouw al appt om te vragen naar wat jou is overkomen op het moment dat jijzelf nog in de ambulance naar het ziekenhuis ligt. Want dat is wat er is gebeurd toen Van ’t Hek op 1 november jongstleden tijdens zijn show in ditzelfde Oude Luxor op het podium onwel werd, niet meer uit zijn woorden kwam, van de bühne afliep en even later met spoed per ambulance naar het Erasmus MC werd gebracht.

In zijn vaste column in NRC haalde Van ’t Hek later onder de kop Journaliziek vlammend uit naar de journalist en het dagblad die zijn vrouw op de avond van het voorval hadden geappt om een reactie, terwijl zij nog van niets wist. “Dit is de route die je als moderne nieuwsjager tegenwoordig moet kiezen: je hoort dat een artiest onwel geworden is, weet nog niet precies hoe het zit en dan bel je de vrouw van de BN’er. Als ze huilend opneemt, weet je dat ze een verse weduwe is en heb jij het nieuws als eerste.” 

Wij, van Arts en Auto, hadden voorafgaand aan het gesprek van dit voorval en de column nog geen weet. Maar, met de kennis van nu, is natuurlijk wel heel goed te begrijpen waarom je dan misschien even geen zin in journalisten hebt. Helemaal als je er nog bij optelt dat diezelfde krant een dag na de gebeurtenis van 1 november ook nog deze tweet de wereld inzond: ‘Cabaretier Youp van ’t Hek is gisteravond onwel geworden op het podium tijdens een show in Rotterdam. Zat jij in het publiek en wil je hierover vertellen, neem dan contact met ons op’. 

Koude start

Enfin, om wat voor reden ook, ons praatje in het oude theater (1917) waar Van ’t Hek zestien avonden voor vrijwel uitverkochte zalen staat, gaat wat stroef van start. “Ik ken de titel van het blad wel, maar het zegt me verder niet zo veel”, antwoordt de gevierde cabaretier op de vraag of hij Arts en Auto kent. “Nee, ook nooit zien liggen bij mijn broer Tom toen die nog huisarts was.” Gevraagd naar de diagnose van zijn black-out tijdens de beruchte voorstelling van 1 november, laat Van ’t Hek het erbij dat ‘de dagelijkse medicijnenmix blijkbaar niet goed was gevallen’. “Ik ben door de medische mangel gehaald en er is weinig aan de hand, alles goed.” 

Van ’t Hek geeft desgevraagd aan niet veel te weten van grote issues in de zorg als te weinig handen aan het bed, problemen in de ggz, regeldruk, macht van de verzekeraars. “Nee, daar heb ik mij niet in verdiept en ik heb er dus ook geen speciale mening over.” Veel meer dan een herhaling van zijn eerdere quote “de artsen en verpleegkundigen waren erg aardig”, lijkt hij niet aan het onderwerp zorg te willen wijden. 

‘De artsen en verpleegkundigen waren erg aardig’

Dat Van ’t Hek overigens inderdaad oprecht blij was met de zorg die hij kreeg, blijkt onder andere uit het feit dat hij in februari 2017 alle artsen en verpleegkundigen die hem in het OLVG en het AMC hebben geholpen rond zijn hartoperatie in 2015, uit dankbaarheid uitnodigde bij een van zijn shows. Hij deed dat met de opmerking ‘ik was bij jullie op het werk, komen jullie nu maar eens bij mij op het werk kijken’.  

Van ’t Hek lijkt niet erg aangeslagen door het voorval in het Oude Luxor een kleine week eerder. “Het gebeurde een half uurtje na het begin van de voorstelling. Ik voelde me eerder op de dag ook al niet lekker. Maar ik heb in mijn hoofd geen paniekerige verbanden gelegd met mijn eerdere hartklachten.” 

Hij is er in ieder geval niet angstig door geworden. Na twee afgezegde shows in Rotterdam, stond hij alweer op het podium. “Ik heb voor een optreden niet anders dan de gebruikelijke spanning. Dat is na al die jaren niet anders, maar dat heb ik ook nodig en daar kan ik prima mee omgaan omdat ik mij altijd goed voorbereid op de voorstelling. Want voorbereiding maakt het verschil, dat is meer dan het halve werk. Er zitten ook vanavond weer 900 mensen in de zaal. Mensen die een kaartje voor mij kochten en recht hebben op het beste dat ik ze kan geven. Met allerlei angstfantasieën schiet je niks op. Tijdens de voorstelling heb ik sowieso geen tijd voor angstgevoelens of andere hersenspinsels. Ik zit zo niet in elkaar, ik neem de dingen in het leven zoals ze komen. Dus ik ga bijvoorbeeld ook niet fantaseren over een eventuele kwaadwillende in het publiek en daarop mijn teksten aanpassen.” 

Dooi

Nu het gesprekje meer ‘richting theater’ gaat, wordt de sfeer snel beter en doet de lach zijn intrede.  Op de vraag hoe lang de ‘pensioengerechtigde’ cabaretier nog wil doorwerken, vertelt Van ’t Hek over een concert van Charles Aznavour waar hij bij was. “Aznavour was in de negentig en hoewel ik hem altijd geweldig vond, had hij dat niet meer moeten doen. Zelfs het woordje She van zijn gelijknamige grote hit moest hij nog van de autocue lezen. Zo ver laat ik het niet komen, maar ik wil nog wel even door, ik vind het allemaal nog steeds veel te leuk. In ieder geval ga ik volgend jaar weer een oudejaarsconference doen en misschien vervolgens een toertje door het land.” Lachend: “En daarna maak ik met mijn vrouw stedentripjes en gaan we eindelijk eens al het geld opmaken dat ik in al die jaren bij elkaar heb verdiend.” 

‘Straks met mijn vrouw eindelijk al het geld opmaken dat ik in al die jaren bij elkaar heb verdiend’

Een andere reden dat Van ’t Hek op zijn 65ste nog niet wil stoppen, is zijn team van medewerkers. “Ik werk bijna vijftig jaar in dit vak en sinds 1984 zitten mijn theatervoorstellingen vol. Ondertussen heb ik steeds meer vakmensen om mij heen verzameld, inmiddels een team van zo’n dertig mensen. Die zijn voor hun werk grotendeels afhankelijk van mij. Die laat je niet zomaar vallen.” 

Naast een zakelijke reden heeft Van ’t Hek ook een emotionele reden: hij is gehecht aan zijn team. “Het heeft iets van een familie. We trekken al zo lang samen op. We eten voor de voorstellingen vaak gezamenlijk en de grappen en grollen vliegen dan in het rond. Daarvan belanden er ook enkele in mijn programma’s. Aan de ene kant voor hen vast weleens irritant dat ik mij met alles bemoei, van licht tot decor – ik hou daarvan en het is volgens mij ook een van de sleutels om dit met succes lang vol te houden – anderzijds kunnen we elkaar wel alles zeggen.”

Als voorbeeld daarvan noemt Van ’t Hek zijn vaste componist Ton Scherpenzeel. “Met Ton werk ik al heel lang samen. Als ik tegen hem zeg dat ik een nieuwe compositie van hem niet geweldig vind, antwoordt hij mij dat het aan mijn tekst ligt en dat ik gewoon te veel woorden gebruik.” 

Ook met een van zijn andere activiteiten, zijn wekelijkse, niet zelden tot ophef leidende, column in NRC gaat Van ’t Hek nog wel even door. “Die columns neem ik zeer serieus, ik ga daar echt voor zitten. Wel grappig vind ik dat vaak op de teksten waarover ik zelf het meest tevreden ben, het minst wordt gereageerd en de columns waar ik minder gelukkig mee ben, juist de meeste respons krijgen.” 

Jammer

Dankzij de file, de reeds wachtende fotograaf en het onderhand naderende publiek duurt het gesprek met Van ’t Hek wat korter dan wij hadden bedacht en gepland en dat voelt spijtig. Misschien wel wederzijds, want nu eventuele laatste restjes ijs lijken gesmolten, is ook de interesse van de cabaretier gewekt en stelt hij zelf nog wat vragen. Hoe vaak verschijnt het blad, hoe groot is de oplage, de redactie en waarover wordt zoal geschreven? 

Als willekeurig (of misschien wel omdat het ook een BN’er betreft) een interview met arts en illusionist Victor Mids als voorbeeld voorbijkomt, reageert Van ’t Hek enthousiast: “Met hem hebben mijn dochter en ik hier laatst nog aan tafel gezeten. Leuke man; op een gegeven moment kwamen de speelkaarten uit alle hoeken en gaten. Ongelooflijk!” 

 Curriculum 

vitae

Youp van ’t Hek (1954) geboren in Naarden als Joep van ’t Hek als zevende kind van Amsterdamse ouders

  • 1973 richt Cabaret Nar op met Debby Petter en Daan van Straaten
  • 1981 brengt nummer Flappie uit
  • Sinds 1982 solovoorstellingen, waaronder oudejaarsconferences
  • 2013 Youp speelt zijn tweehonderdste voorstelling in Carré
  • 2014 Edison Oeuvreprijs Kleinkunst
  • 2016 VSCD Oeuvreprijs
  • 2019 huidige voorstelling Met de kennis van nu 
  • Schrijft een wekelijkse column in NRC Handelsblad en in de VARAgids. Schreef meerdere kinderboeken.

Youp van ’t Hek is getrouwd met Debby Petter, samen hebben ze  twee dochters en een zoon.

Youp als beroep

Als Youp van ’t Hek ergens zijn beroep moet invullen, schrijft hij niet dat hij cabaretier is of columnist, maar dat hij Youp is. Youp als beroep. Wat het inhoudt? Schrijven en spelen. Krant en theater. Liefst zo veel mogelijk.

Nu wordt Youp 65. Vroeger was dat de pensioengerechtigde leeftijd. Voor Youp niet. Dat zijn toekomst korter is dan zijn verleden, vindt hij verschrikkelijk. Zijn antwoord is: nog harder werken. Hoewel, werken? Youp noemt het zelf spelen. Hij speelt in de theaters en in de krant. In Youp als beroep blikt hij met foto’s, columns, anekdotes, liedteksten en andere herinneringen terug op de eerste veertig jaar van zijn overvolle loopbaan. Thomasrap.nl, € 39,99.

Arts en Auto mag drie exemplaren weggeven. Wilt u kans maken? Stuur een e-mail met uw lidmaatschapsnummer en adres naar verloting@artsenauto.nl o.v.v ‘Youp’. Kijk voor de winnaars op artsenauto.nl/verloting (na 4 januari 2020).

Delen