Zelfhulp

Fysiotherapeut André van Duijn had eens een patiënt die per ongeluk en op miraculeuze wijze ‘genas’.  

Tekst André van Duijn |Beeld Marcel Leuning

De ochtend begon als een normale maandagmorgen. Het is op maandag altijd wat drukker met telefonische hulpvragen dan in de rest van de week, omdat in het weekend vaker activiteiten ondernomen worden die niet tot de dagelijkse bezigheden behoren. Zoals bijvoorbeeld tegelpaadjes leggen, de tuin omspitten, plinten schilderen en ook sporten. Op maandag melden zich dan ook geregeld patiënten met sportblessures.

Om 10.00 uur werd ik gebeld door een vriend, die aannemer is, met de mededeling dat een van zijn werknemers ontzettende pijn in zijn nek en schouders had, waardoor werken onmogelijk was. Ik sprak een tijd af waarop de werknemer langs kon komen.

Mijn vriend kwam met hem mee. De werknemer bleek een Pool die totaal geen Nederlands sprak en begreep. Mijn vriend sprak geen woord Pools en mijn Pools beperkte zich tot iets, waarvan ik hoopte dat het internationale gebarentaal was. Ik deed van alles, maar als ik mijn hoofd naar rechts draaide als voorbeeld, keek de patiënt in die richting of daar iets te zien was. 

De meest afgrijselijke scenario’s schoten door mijn hoofd

Wanneer hij zijn hoofd rechtsom draaide, schoten er pijnscheuten door zijn nek en schouder. Dit gebied was te pijnlijk om aan te raken. Ik wilde proberen door middel van een fysiotechnische applicatie de pijn te verminderen. De patiënt zat op een krukje. Toen ik mij omdraaide om de applicatie te pakken, hoorde ik een enorme klap. De Pool was plat op zijn buik op de vloer gevallen. Hij  reageerde niet en was buiten bewustzijn. Er kwam bloed uit zijn neus. De meest afgrijselijke scenario’s schoten door mijn hoofd. 

Mijn vriend belde 112. Na korte tijd vertoonde de patiënt weer tekenen van leven. We probeerden hem tevergeefs duidelijk te maken dat hij moest blijven liggen dus toen de ambulance even later arriveerde, had hij zichzelf op een stoel gehesen. Het ambulancepersoneel ondersteunde hem terwijl hij de ambulance in verdween. Nadat hij in de ambulance was onderzocht, reed mijn vriend met hem naar huis. 

Toen ik de volgende dag telefonisch bij mijn vriend de aannemer naar zijn werknemer informeerde, kreeg ik de verrassende mededeling dat die geen pijn meer had, normaal bewoog en weer aan het werk was. Ik herinnerde me dat het hoofd van de patiënt, toen hij op zijn buik lag, maximaal (90 graden) naar rechts was gedraaid. Het leek erop dat hij zichzelf daarmee ‘behandeld’ had en ik heb hem daarom maar geen rekening gestuurd. 

Ter voorkoming van psychische gevolgen voor mijzelf heb ik heb deze vorm van behandelen, hoewel effectief, tóch maar niet in mijn ‘repertoire’ opgenomen.

Iedere medisch professional heeft wel een patiënt (gehad) die hij of zij nooit vergeet. Omdat de omstandigheden zo bijzonder waren, het behandeltraject aangrijpend, of juist omdat zich iets grappigs voordeed in het contact. In deze reeks leest u hun verhalen.

Delen