Ziek van COVID-nieuws

Een vriendin die huisarts is adviseert haar patiënten om niet meer naar nieuws te kijken. Want kijken naar nieuws is kijken naar berichten en debatten over de pandemie. “Iedereen wordt er moe van en er heerst veel angst bij de mensen”, mailt ze mij. Zij ziet nog maar weinig ‘normale patiënten’ op haar praktijk.

In 2010 publiceerde de Zwitserse schrijver Rolf Dobelli een artikel dat actueler is dan ooit en wat iedereen zich ter harte zou moeten nemen: ‘Avoid News – Towards a Healthy News Diet’. De auteur studeerde filosofie en bedrijfskunde. In 2018 verscheen van zijn hand de bestseller De kunst van het heldere denken. Ook daar is dringend behoefte aan.

Dr. Paul Hendriks Vettehen, als communicatiewetenschapper verbonden aan de Radboud Universiteit, laat studenten die de cursus ‘Media en informatie’ volgen het artikel van Dobelli lezen: “hoe polemisch deze auteur ook is, toch heeft hij veel te zeggen over de nieuwsmedia. Een groot deel van de cursus kan aan deze publicatie worden opgehangen. Mijn indruk is dat wat hierin staat voor een groot deel ook geldt voor de verslaggeving over COVID.”

Hoe kan het dat vrijwel alle media het afgelopen jaar vrijwel continu in de ban van de pandemie waren en nog steeds zijn? Waarover zou het nieuws gaan, wanneer het beruchte coronavirus nooit op mensen was overgegaan? Wat hebben wij gemist? Wie is er onrecht aan gedaan, omdat er iets weerzinwekkends is gebeurd waarvan we niet op de hoogte zijn gebracht?

Hendriks Vettehen schetst een onthutsend beeld: “In onze aandachtseconomie (waarin niet meer informatie maar aandacht het schaarse goed is) is de concurrentie om aandacht groot. Aandacht is niet alleen een voorwaarde om je inhoudelijke boodschap over te kunnen brengen, maar het betekent vanwege advertentie-inkomen óók geld – ongeacht de kwaliteit van de boodschap.”

‘Niet informatie, maar aandacht is een schaars goed’

Circa tien jaar geleden toonden onderzoeken van Hendriks Vettehen en collega’s aan dat er sprake is van een langjarige tendens naar meer sensationeel televisienieuws: “Dat resultaat is in lijn met onderzoek waaruit blijkt dat de nadruk is verschoven van een meer journalistieke inslag, waarin diverse criteria nieuwswaardigheid bepalen, naar een meer marktgedreven inslag waarin vooral één criterium domineert en dat kun je samenvatten met ‘clickwaardigheid’.”

‘Clickwaardigheid’ is tegenwoordig belangrijker dan nieuwswaardigheid

“In discussies over de rol van sociale media komt vaak het argument naar voren dat conflicten daar prominent aanwezig zijn: elk ‘click’ betekent additionele inkomsten. Maar ook traditionele media pikken geregeld een graantje mee door mee te liften op de reuring die bijvoorbeeld complottheoriën veroorzaken. Media hebben om verschillende redenen belang bij het tegengaan van complottheorieën en media zijn daar ook actief mee bezig. Maar diezelfde complottheorieën helpen wel om aandacht te genereren en zijn dus zeker op korte termijn gezien economisch interessant.”

De gevolgen zijn niet mis. Mensen haken af, lijden mentaal onder alle negatieve berichtgeving en krijgen een totaal vertekend beeld van de wereld. Het Reuters Institute bracht aan het licht dat de nieuwsconsumptie in het begin van de pandemie toenam,maar hierna gingen steeds meer mensen het nieuws juist vermijden: 66 procent gaf als reden de negatieve impact op hun mentale gesteldheid; bij 33 procent was sprake van ‘informatie overload’.

Op 29 juni 2020 waarschuwde de World Health Organisation (WHO) voor een ‘infodemic’. Te veel informatie kan de gezondheid van mensen op meerdere manieren schaden. Het wordt steeds lastiger om juiste van onjuiste berichtgeving te onderscheiden, het leidt tot angst, mensen gaan misleidende en gevaarlijke adviezen opvolgen, berichten van gezondheidsorganisaties slaan niet meer aan, en negatieve gevoelens worden versterkt. Maar ik kan mij nauwelijks voorstellen dat media stonden te trappelen om mensen te informeren over deze ‘infodemic’, laat staan dat ze zich hiervan iets zouden aantrekken.

Veel dank aan dr. Paul Hendriks Vettehen

Delen